Alweer meer dan een eeuw geleden, in november 1918, eindigde de Eerste Wereldoorlog, en dat feit zorgde voor een enorme economische groei in Amerika. Met een bloeiende economie groeide de autoindustrie snel mee. In de voorhoede van deze autoboom was Henry Ford, als Amerikaanse autofabrikant, de eerste die de bewegende assemblagelijn, de lopende band, ontwikkelde die de hele autoindustrie veranderde.
Na de oprichting van de Ford Motor Company in 1903 had Henry Ford het briljante plan om militaire pickups om te bouwen tot een utiliteitsvoertuig voor burgers. In 1917 had Ford wat beschouwd kan worden als de eerste pickup truck gemaakt in Amerika – de Ford Model TT.
Lees ook: Amerikaanse pickups
Chevrolet als goede tweede
Chevrolet liep echter niet ver achter bij Ford in zijn streven om een ook pickup te produceren. In 1918 kwam Chevrolet met de Model 490. Beide voertuigen werden geleverd met alleen een cabine en chassis, de laadbak zelf moest worden gebouwd of geïnstalleerd door een extern bedrijf. Met de introductie van deze twee voertuigen begon de geschiedenis van vrachtwagens in Amerika. Deze vroege modellen hebben de weg vrijgemaakt voor de pickup historie zoals we die nu kennen.
En pickups zorgden en zorgen voor het grootste bestanddeel van de Amerikaanse automarkt. En voor ons zijn de klassieke pickups geliefde klassiekers. Maar wij maken er vaak toch klassiekers met wat pluspunten van. En je zou zeggen: ’terecht’.
Lees ook: Uitzonderlijke Eend
Pickups: weinig subtiele dingen
Want de echte Amerikaanse klassieke pickups? Dat zijn lompe, loom sturende, trage, lawaaiige en heel basale dingen. En ze zuipen benzine. De motorisering af fabriek bestaat doorgaans niet uit stoere acht-, maar uit loodzware zes in lijn blokken met de finesses van een landbouwvoertuig. Het is het uitzonderlijke soort Amerikaanse auto’s dat niet vanzelfsprekend met een automatische versnellingsbak is uitgerust. Doorgaans zit er een handgeschakelde drieversnellingsbak in. Rijden doen ze het best als ze vol beladen zijn. Af fabriek zijn ze afgeleverd met een best stugge vering. Het zijn in alle opzichten, inclusief de verontachtzaming van het chauffeurscomfort, vrachtautootjes. Ze zijn simpel en mechanisch zwaar overbemeten en taai. Die laatste twee aspecten zijn wel dingetjes. Amerikanen gaan doorgaans niet met liefde en zorg met oudere auto’s om. Zo is olie bijvullen gangbaarder dan olie verversen.
Lees ook: Crosley, de Amerikaanse Volkswagen
Er is makkelijk aan te werken
Gelukkig is het in orde maken van een USA pickup doorgaans geen rocket-science. Bijna alle onderdelen zijn nog voor lage prijzen te koop. En om zo’n gepensioneerd arbeidsdier te pimpen? Daarvoor zijn talloze maatregelen. Natuurlijk is de montage van een V8 en een automatische transmissie de eerste reflex. Werk aan het stuurhuis en remmen komt kort daarna. De vering en demping kan ook op een menselijk niveau gebracht worden met spullen die je alleen uit de doos haalt en monteert.
Lees ook: Cadillac Eldorado Seville van Sietse Hansma. Zeldzaam
Omdat dat allemaal zo makkelijk gaat, en niet duur is om te doen, zijn veel hier aangeboden pickups (en panel vans) in een verrassend goede staat. Maar verwacht er niet het comfort van dat je van een luxe personenklassieker zou verwachten.
De diverse leveranciers bieden ook geluidsisolatie mattensets, deur- en dakpanelen waardoor het stiller wordt in de cabine. En zo maak je dan een heel stoere klassieker, waar je ook nog goeie sier mee maakt als er bouwmateriaal versjouwd moet worden of zo.
In hun tijd werden ze daar immers voor bedacht? Dat zag je ook aan het folder materiaal uit die tijd.
USA pickups zijn niet voor watjes!
Lees ook: 1956 Chevrolet Bel Air. Wat een mooie vondst. Deel 1