Mini 1275 GT. British Leylands’ opvolger van de Cooper S

Auto Motor Klassiek » Bijzonder » Mini 1275 GT. British Leylands’ opvolger van de Cooper S
Automatische concepten

Aan het einde van de jaren zestig konden de bouwers van de Mini Cooper en de Cooper S terugkijken op een succesvolle periode. De gepeperde Mini Cooper S verbaasde in de jaren zestig vriend en vijand door drie keer officieel en een keer onofficieel de Rally van Monte Carlo te winnen. Twee succesvolle generaties van de Cooper werden gevolgd door de ADO 20 variant van de sportieveling. De Mark III deed in dat jaar zijn intrede. Hij kreeg gezelschap van zijn opvolger, de Mini 1275 GT.

Een gedurfde keuze, waar niet iedereen onverdeeld gelukkig mee was. Een keuze van British Leyland bovendien dat besparingen in de productiekosten wilde doorvoeren en om deze reden de duurder gebouwde Mini Cooper S uitfaseerde en uiteindelijk aan Innocenti ‘overdroeg’. 

De laatste Mark III Cooper S werd tot in 1971 gebouwd. Hij bood de koper nog altijd de sportieve eigenschappen, de 1275 cc motor met twee carburateurs. Ook een oliekoeler en een dubbele brandstoftank bleven als Cooper S kenmerken behouden. De Mini 1275 GT werd wat prestatie betreft de meer ingetogen en zuiniger versie. Hij kreeg natuurlijk de bekende 1275 cc motor, maar deze werd voorzien van één SU HS4 carburateur in plaats van twee carburateurs. Daarnaast bracht hij vergeleken met de Cooper S 16 PK minder aan de krukas: 60 PK om 76 PK.  De prestaties waren echter ook naar jaren zeventig maatstaven best vlot te noemen. De top van deze versie lag op 140 kilometer per uur, hoewel intimi beweren dat die snelheid hoger had gelegen als de Mini 1275 GT met het aloude ronde front was geleverd.

Geïnspireerd op de Clubman

De Mini 1275 GT kreeg namelijk de koets van de tegelijkertijd geïntroduceerde Clubman, die feitelijk werd gezien als de nieuwe Mini voor de jaren zeventig. De nieuweling had een vierkante neus en Roy Haynes was verantwoordelijk voor het ontwerp. Het dashboard werd nu uitgerust met een uit drie klokken bestaande cockpit achter het stuur. Aan de buitenzijde werd deze Mini voorzien van striping met typeaanduiding aan de onderzijde van de flanken. De uitrusting van de Mini 1275 GT was goed op orde. Aan de voorwielen werden schijfremmen van de Cooper S gemonteerd, en de 10 inch wielen kregen de Rostyle velgen. Aan de krachtbron werd een close-ratio versnellingsbak gekoppeld. Vanaf 1971 werd ook bij de 1275 GT de standaardrubberen vering standaard.

Aanpassingen

Vanaf 1974 kreeg de Mini 1275 GT grotere schijfremmen. ‘Mini’ bood vanaf dat jaar bovendien de mogelijkheid om de 1275 GT met de 12″ Dunlop Denovo run flat banden uit te rusten, die de effecten van een plotseling lek reduceerden. Opmerkelijk was dat het vermogen van de 1275 GT vanaf modeljaar 1975 naar 55 PK daalde. British Leyland voerde meer wijzigingen door. Het interieur werd gewijzigd en kreeg luxueuzere materialen aangemeten. De beschermplaat in de bagageruimte verdween, evenals de Rostyle wielen. In de volgende jaren van zijn productie werd de 1275 GT op kleine details aangepast. Zo werden vanaf 1977 de Denovo banden onderdeel van de standaarduitrusting.

Meer dan 100.000 stuks in twaalf jaar

Hij is altijd enigszins verguisd geweest. Mini-puristen – en zeker de aloude Cooper fans – waren nooit enthousiast over de 1275 GT met Clubman neus. Uiteindelijk werd de ingetogen sportieveling redelijk goed verkocht. 110.673 kopers kochten deze 1275 GT, die van 1969 tot in 1980 werd gebouwd. Hij blies in het eerste jaar van de jaren tachtig de aftocht en deed dat samen met het de Miniversie, waarmee hij ook zijn entree had gemaakt: de Clubman.

Lees ook nog:
Mini Cooper en de magische Cooper S
Honda Civic. Supermini uit Japan
Audi 50. De eerste Supermini uit Duitsland
Austin Mini Cooper S (1977) look-a-like 
Het verschil tussen een Mini Cooper ‘S’
Mini te koop tussen de klassiekertjes

Mini 1275 GT. British Leylands’ opvolger van de Cooper S

REGISTREER GRATIS EN WE STUREN U ELKE DAG ONZE NIEUWSBRIEF MET DAARIN DE LAATSTE VERHALEN OVER KLASSIEKE AUTO'S EN MOTOREN

Selecteer eventueel andere nieuwsbrieven

We sturen je geen spam! Lees ons privacybeleid voor meer informatie.

9 reacties

  1. “The peppery Mini Cooper S surprised friend and foe in the 20s”. What does ’20s’ refer to?
    “He was joined by his successor, the Mini XNUMX GT.” Who’s ‘his’, and what’s an XNUMX ? Not a model I’ve ever heard of. Should that not be ‘she’ or ‘it’, or him, or they, or them?

  2. Mijn eerste auto was een Clubman Estate; ik vond de vierkante neus beter bij de verlengde koets passen, als gewone Mini uitgevoerd vond ik de neus wat plomp.
    Daarna nog twee Mini’s gehad met ‘gewone’ neus.
    Geweldig ontwerp, fantastisch autootje waar het BMW-hok niet aan tippen kan..
    Alleen jammer dat ze, geheel passend in de tijdsgeest en net als alle leeftijdgenoten, zo ontzettend kunnen roesten.

  3. Eigenlijk wilde BL de 1275GT als opvolger voor de Cooper en niet de Cooper S…. Maar de meeste mensen maakten de vergelijking met de S waardoor de wagen inderdaad inferieur was.
    Ik heb zelf één van de eerste versie gehad bwj 1971 in een vrij zeldzame kleur. Sandelwood Beige met een licht bruin interieur. Leuke wagen.

    Mini 1275 GT. British Leylands’ opvolger van de Cooper S

  4. Heb in de Mini van een kennis (een samengestelde Mini met 1275 motor op een bak van een 1000) enkele jaren geleden nog een ‘spaghetti’ uitlaat ingebouwd. De oude uitlaat was een aardig verrotzooid ding dat alleen maar herrie maakte en waarmee dat ding geen bijstere prestaties leverde.
    Na het inbouwen van die hoog rendement uitlaat moest de SU carburateur meteen opnieuw afgesteld worden en moest de ontsteking ook even ‘bemind’ worden. Van het resultaat kregen wij beide de glimlach niet meer van onze smoel. Het ding liep als de brandweer. Vermogen onbekend maar dat maakte het plezier er beslist niet minder om. Bouwjaar van die Mini was mij onbekend. Was het eerste model met de originele ronde neus. En zoooo leuk. Ikzelf met 1,90m had de grootste moeite om er fatsoenlijk in te kunnen rijden, hi!
    En ja, het ding had zijn absolute charme!!

  5. De poging om de voorkant van de mini te moderniseren kwam ongeveer gelijktijdig met de poging om de Citroen 2CV te moderniseren met de Dyane.
    Beide modellen hebben het minder lang uitgehouden dan het origineel ontwerp.
    Van goede ontwerpen moet je het originele design respecteren
    Het afgebeelde model was in de jaren 80, als station versie in gebruik bij de Mechelse politie, aangevuld met Volga taxi’s in het straatbeeld. Dat vond ik toen erg apart.

    • Zowel de Clubman, als de Dyane (aksook Ami8 en R6) hadden en hebben hun charmes. En wie maalt er nog over Kever met platte of bolle ruit 304 met verticale staafjes en rechthoekige achterlichten?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Maximale bestandsgrootte van upload: 8 MB. Je kunt uploaden: afbeelding. Links naar YouTube, Facebook, Twitter en andere diensten die in de reactietekst worden ingevoegd, worden automatisch ingesloten. Bestanden hier neerzetten