Toen Fiat Lancia in 1969 overnam, had het bedrijf het jaar na het overlijden van technisch directeur Antonio Fessia geen technisch directeur meer gehad. Ing. Sergio Camuffo kreeg begin 1970 de taak om het nieuwe Lancia model te ontwikkelen.
What is in a name?
Het bedrijf koos de naam Beta voor de nieuweling die in 1972 op de markt zou worden gebracht. De keuze van de naam symboliseerde een nieuw begin omdat het een eerbetoon was aan de oprichter van het bedrijf, Vincenzo Lancia (1881-1937), die letters van het Griekse alfabet gebruikte voor zijn vroege scheppingen – zoals Alpha, Beta, Gamma, Delta, enzovoort. De naam ‘Beta’ was eerder gebruikt, voor Lancia’s uit 1908 en later voor een bus uit 1953. Lancia had eerder de eerste letter van het Griekse alfabet, Alpha, gebruikt, maar deze was niet gekozen voor de nieuwe Lancia uit 1972 vanwege de duidelijke verwarring die het zou kunnen veroorzaken met Alfa Romeo. En alleen in de politiek is verwarring een gewaardeerd goed.
In verschillende smaken
De Beta is gemaakt in verschillende carrosserievarianten, een vierdeurs fastback saloon (Beta berlina), vierdeurs, driedeurs, sedan sedan (Beta Trevi), tweedeurs coupé (Beta Coupé), tweedeurs Targa (Beta Spider)
Hoewel in de moeilijke jaren vóór de overname van Fiat een deel van de technische staf het bedrijf had verlaten, was Camuffo in staat om een harde kern van Lancia-techneuten samen te brengen – die de opdracht kregen om de auto tegen eind 1972 in productie te krijgen. Romanini, deed het chassisontwerp, Zaccone Mina de motorontwikkeling, met Gilio en Bencini voor het testwerk. Dit was alles binnen een zeer kort tijdsbestek en ook het ontwikkelingsbudget was relatief beperkt. Dit waren sleutelfactoren die van invloed waren op de beslissing om een bestaande krachtbron te gebruiken: de viercilindermotor van Fiat met dubbele bovenliggende nokkenas en zijn lichtmetalen kop en gietijzeren blok.
Een optimistisch rekenmodel
Bij de lancering van de Bèta eind 1972 vertelde Fiat-chef Gianni Agnelli aan journalisten dat de productie van Lancia in 1972 ongeveer 40.000 eenheden zou bedragen. Dat was in een tijd dat er een volume van 100.000 eenheden nodig was om de vaste kosten van de ontwikkeling en bouw van de auto’s te dekken. De beperkte winstgevendheid en de daaruit voortvloeiende mogelijkheden van Lancia bleken ook uit het ontbreken van vervangende modellen die in ontwikkeling waren ten tijde van de overname door Fiat. Hoewel de Lancia Fulvia zeer geliefd was, was hij ontwikkeld met weinig aandacht voor de kosteneffectieve fabricage ervan. Dus was hij duur om te maken en duur in de verkoop. Dat deed de verkopen geen goed.
Betaalbare kwaliteit
Het doel van de nieuwe eigenaar van het bedrijf met de nieuwe Bèta was om het kwaliteitsimago en de marges van bestaande Lancia’s te behouden, terwijl de ontwikkelingstijd en productiekosten tot een minimum zouden moeten worden beperkt door waar mogelijk gebruik te maken van de technologie en onderdelen van de Fiat-groep. Bij het project werd een welbekende bestaande Fiat-motor aangepast, dwars gemonteerd en werden de voorwielen aangedreven. De versnellingsbak was een afgeleide van een transmissie-eenheid die vervolgens door Fiat-partner Citroën werd ontwikkeld. Maar boven alles, en in tegenstelling tot de Fulvia, was het Beta-ontwerp relatief goedkoop te produceren in volumes die aanzienlijk hoger waren dan die van voorganger Lancia-sedans.
Ik rij nu in mijn 3e HPE. In de jaren ’90 een 2000 carburatie (1982) en later een 2000 Volumex (1984). Allebei weggeroest. Nu sinds een halfjaar een in staat van nieuw verkerende 1600 uit 1978, van de 2e eigenaar in Rome, getectyleerd vanaf nieuw en geen spatje roest. Aankoopbewijs zat er nog bij. Jaren stilgestaan, dus ja, wel de kop laten reviseren (bij Wassenberg in Amsterdam, een echte kenner van vintage Lancia’s) en wat andere bewegende dingen vernieuwd. Bijzondere wagen! En je ziet ze nauwelijks meer in Nederland.
Zoals hier al is omschreven, deze HPE blijft een droomauto met dito kleur en bekleding.
toen ik 21 jaar was zag ik een lancia beta coupe staan 1975 1800cc
in noord wijk , jaren mee gereden tot hij uit elkaar viel
ben nu 58 jaar
17 jaar geleden twee coupe,s gekocht
daar 1 auto van gemaakt
is nu als nieuw, kleine tien jaar mee bezig geweest
aangepast naar mijn smaak , originel aparte spoiler
intergrale velgen van 16 inch eronder
verlaagd
donker antraciet metalic kleur
helemaal top
bruin leren interieur eerste type
de waarde begint nu een beetje te stijgen
want de meeste bestaan niet meer
jammer dat ik geen foto op kan plaatsen
rijd echt super strak
“De Beta is gemaakt in verschillende carrosserievarianten, een vierdeurs fastback saloon (Beta berlina), vierdeurs, driedeurs, sedan sedan (Beta Trevi), tweedeurs coupé (Beta Coupé), tweedeurs Targa (Beta Spider)”
En in dit rijtje ontbreek nou juist de auto op de foto; de Beta HPE.
Begin jaren 70 reden de meeste Duitse, Japanse, Britse en ook Italiaanse concurrenten rond met een aangedreven starre achteras, vaak nog met bladveren terwijl qua aandrijving veelal navenante ouderwetse techniek werd gebruikt. De Lampredi DOHC was the engine to beat in de jaren 70, 80 en 90 en zat bijvoorbeeld ook in de Delta Integrale, Alfa 155 Q4 en mijn ex Abarth Ritmo. Beta, Sud en FIAT’s eigen 127 en 128 waren uiterst modern en het blijft enorm jammer van dat Russische slakkenstaal dat men begin jaren 70 gebruikte… dat deed het imago erg veel schade toe naar nu blijkt.
Een paar jaar een trevi volumex gehad.
wat een fantastische auto , ondaks wat electrische problemen achter het dashbord.
Héél mooie auto! De eigenaar mag zich gelukkig prijzen met dit juweeltje! Heb zelf nog een Delta uit ’92 gereden maar die was na ca 12 jaar aangevreten door de roestduivel … Over de motor was ik evenmin erg te spreken want die viel bij koude temperaturen soms plots uit en sloeg dan heel moeilijk terug aan … Probleem is nooit opgelost kunnen worden … Jammer dat dit roemrijke merk vandaag de dag enkel nog Ypsilons produceert voor de Italiaanse markt ….
Inderdaad heel mooi. De eigenaar is Classic Cars Arnhem. En de auto stat ter adoptie
Lancia Beta nog steeds een leuke wagen om in te rijden, die veel bekijks trekt en altijd zorgt voor een praatje onderweg. Ik ben in het gelukkige bezit van de Spyder variant en kijk al weer uit naar de mooie dagen die na de koude winter weer gaan komen, dakpaneel in de kofferbak en genieten.
Ik kijk naar buiten… Het is eind november. Het is grauw… Het regent. Nog even doorbijten!
Prachtig interieur. Mooie dashboardmetertjes, mooie fauteuils, prachtige koets.Met een uniek Italiaanse sjieke snit.
Ik zou er zo willen wegrijden op de weg van Rome naar Napels. Van Genua naar Nice. Van Maubeuge naar Perpignan over de Route Nationale. Of een ritje over de dijken van de Maas.
Marco van Classic Cars Arnhem is meer liefhebber dan handelaar, maar de auto is ter adoptie!