Een Concours d’élégance. Een soort Missverkiezing voor klassiekers. En net zoals bij zo’n Missverkiezing gaat het over zoveel meer dan over een leuk gezichtje boven een prettig geboetseerde body. Het gaat over kwaliteit en perfectie tot in details.
Het streven naar perfectie
Voor mensen die hun klassieker inschrijven voor zo’n festiviteit, is hun bezit een trots die ze koesteren. Er is vaak heel veel tijd en geld in het optimaliseren van de auto gestoken. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de meeste ter waardering aangeboden’ klassiekers niet in tochtige schuurtjes in elkaar zijn geschroefd door de noeste eigenaars met zwarte randen onder de nagels. In dit segment van de klassiekerwereld wordt het werk doorgaans uitbesteed aan specialisten.
Dat zijn dan bedrijven waar men gespecialiseerd is in een merk, type of activiteit. Aan het hoofd van het project staat dan de ‘aannemer’, het restauratiebedrijf. Daaronder zitten ‘onder aannemers’ zoals revisiebedrijven, transmissiespecialisten, plaatwerkers, spuiters, mensen met verstand van de bedrading, de instrumenten, het houtwerk, het lederwerk, de bekleding, de remmenspecialist, de verchromer, de spuiter… Noem maar op.
Een prijzige zaak
Aan het eind van het verhaal wordt er een indrukwekkend bedrag aan euro’s geruild tegen een perfecte klassieker. Daarom is het jureren van klassiekers tijdens zo’n schoonheidswedstrijd niet zomaar een dingetje. Want doorgaans is de kwaliteit van de te beoordelen klassiekers voor de gemiddelde liefhebber zo op het oog al bijna perfect.
Is de rondgang van drie, vier of vijf serieus kijkende mannen – we hebben nog nooit een vrouwelijk jurylid gezien – dan een zaak van overdreven gewichtigdoenerij? Nee. Want om een klassieke auto eerlijk te beoordelen heb je zoveel meer nodig dan algemene technische kennis. Of de panelen mooi strak gemonteerd zijn en/of de lak tiptop is? Of de raamrubbers deugen? Is de bandenmaat correct of heeft de trotse eigenaar zijn klassieker toch op wat bredere sloffen gezet? Hebben de banden wel het juiste profiel?
Dat ziet een jurylid al bij het naar de klassieker toelopen
Want een goed jurylid is net als een goede veterinair. Een goede dierenarts ziet ook al vaak wat er mis is als hij naar een paard toeloopt
De beoordeling van de chroomkwaliteit is ook niet zo moeilijk. Maar of al dat chroom wel op de goede plek zit? Of de fabriek er daar misschien ooit anders over heeft gedacht. Een verchroomd luchtfilterhuis dat af fabriek gewoon grijs gelakt was gedacht? Dat scheelt je zomaar de kans op de eerste plaats.
Alles moet kloppen
De juiste bougiekabels, de correcte bougiekappen, de juiste bedrading, de correcte ‘loop’ of ‘routing’ van de bedrading en de daarbij behorende bedradingsbevestigingsbeugeltjes? Niet dat een auto er minder om rijdt. Maar er wordt op gelet. Net als dat alle ‘technische stickers’ aanwezig en op de goede plekken moeten zitten.
Zo zijn er in het interieur ook tal van details die er toe doen. Details zoals het stikwerk van de stoelen, de juiste knopjes op de juiste plaatsen op het dashboard? Om maar niet te spreken over de originaliteit van het dashboard zelf. Want moet dat van staalplaat, van aluminium, van hout of gefineerd zijn?
In de kofferruimte wordt de aanwezigheid van het originele gereedschap – en zelfs daar zijn boeken over volgeschreven – ook gewaardeerd. En dat was dan maar even een snelle blik van voor naar achteren.
Vervolgens wordt de eigenaar doorgaans ook nog gevraagd of hij de auto wil starten…
Een klassieker concoursklaar maken is een kostbare zaak.
Maar perfectie kost nu eenmaal geld.
En zo’n concours? Nou ja: Dat is doorgaans gewoon een prima geregelde dag. Een prettig sociaal gebeuren onder gelijkgestemden. En eigenlijk zijn er alleen maar winnaars.
De speurtocht naar perfectie. En ongedwongen gezelligheid