De Triumph TR-sage. Het is een lange geschiedenis, die tal van prachtige sportwagens opleverde. Een ladderchassis als ruggengraat van een illuster merk, dat ons al lang is ontvallen. Maar dat laatste betekent natuurlijk niet, dat de bouwer uit Coventry is vergeten. Want Triumph bouwde veel prachtige auto’s, waarvan je vandaag nog volop van kan genieten.
Neem de TR3 en de TR6. Die waren belangrijk voor Triumph. Bovendien zijn dat twee uitersten met eenzelfde basis, maar met een volstrekt ander uiterlijk. Zij werden overbrugd door de Michelotti-TR modellen. Dat zijn ook al van die fraaie sportwagens die je minstens één keer moet hebben gereden. Twee uitersten ook, die een tijdlijn omhullen waarbinnen mooie geleidelijke ontwikkelingen vat kregen op de sporters uit Groot-Brittannië. Resulterend in de TR6, de best verkochte TR op zijn opvolger na. Dat was de TR7, de wezenlijk anders geconstrueerde Triumph met zijn typische jaren zeventig jas.
Cornerstones. Still
De TR3 en de TR6, die noemen wij in deze natuurlijk niet voor niets. Zij harmonieerden in volle glorie tijdens een fraaie dag in het Zuidwesten van Friesland. In drievoud was de Triumph TR vertegenwoordigd. Eén TR6 met carburteurmotor, één TR6 met PI toepassing, en één TR3A. verbeterd, gemodificeerd of gepersonaliseerd door de respectievelijke eigenaren. Dat zijn Huib de Graaf, Hein Leemhuis en Ben Wilbrink, Triumph adepten met een hart voor het merk en voor de TR club, waar zij allen aan verbonden zijn. Pleitbezorgers voor het mooie van wat ooit one of the cornerstones of the British Sports Car industry was. Still it is.
TR, vrijbrief om te dromen
Waarom dat zo is? Wie op die mooie en broeierige dag erbij was ervoer dat ouderwetse sportwagengenot, dat vandaag nog steeds de waterscheiding is tussen verleden en heden. Nog altijd behoort Triumph tot de categorie fabrikanten, die subtiel duidelijk maakten hóe smaakvolle sportwagens gebouwd werden. Auto’s, die lieten zien en voelen waarom men mocht dromen van een bijzondere auto.
Huib. De droom werd werkelijkheid
Dat deed Huib de Graaf toen hij 18 was, en in Amsterdam ontstond de Triumph TR droom toen hij tijdens een pauze een werkplaats binnenliep. Daar ontvlamde zijn waakvlam in wensvuur. Want hij zag een TR6, met schade nota bene. Maar hij wist het. Ooit, ooit, ooit. Dat moment brak medio jaren negentig aan, hij kocht zijn TR6 en in de loop van de jaren maakte hij van zijn droomauto de fantastische sportwagen die hij nu is. Een auto, die tijdens het lange eigendom heel Europa zag en inmiddels een logboek heeft waar menig avonturier jaloers op is.
Hein, begeisterd door de TR6 PI
Ook Hein is uit Triumph hout gesneden. Begeisterd door het Triumph TR geloof. Liever gezegd: door de TR6 PI, die hij eigenhandig verbeterde, waarmee hij het gevecht aanging om de Lucas-makken te verbeteren. Een convertible, die duidelijk maakt wat een smalle powerband is, die net als Huibs’ exemplaar de mooiste landschappen krachtig doorklieft. En zo mooi valt te rijden. It’s your choice how to drive, at your service! De loepzuivere zes in lijn bassen omarmden op een mooie dag het landschap, en vertelden alles over de potentie. Geen geschreeuw, maar een volle tenor die in niets bluft, maar alles waarmaakt. Amen.
Ben, behendig met de TR3A
En wat te denken van de Triumph TR van Ben Wilbrink. Hij pakte zijn TR3A technisch aan en plukte daar de vruchten van. Hij gaf zijn TR3A de bijnaam Knorretje. De nestor van de drie barst van de details die jaren vijftig en begin jaren zestig ademen. Een andere wereld, een andere tijd ook maar wel met deelelementen die ook de opvolgers door de tijd loodsten. De door Ben behendig gereden TR3A nam met zijn organisch wijzigende kleurstelling in de omgeving van Heeg nog nét niet de TR6-en de maat. Het was wél opvallend hoe de TR3A in staat was om de jongere TR6 exemplaren te blijven volgen op de dag, dat alles klopte.
Herwonnen vrijheid
En daar wil je een kloppende reportage van maken. Dat lukte. Zeven pagina’s wijdden wij in Auto Motor Klassiek 11-2020 aan deze dag. Die stond in het teken van prachtige verhalen en dito fotowerk van Bart Spijker. Van onderhoud, techniek, dromen, reizen, en een kijkje in het binnenste van de Triumph TR Club Regio 8. En van restauratiehistorie, een fraaie fotolocatie en natuurlijk die rit, die alles herschikte binnen een sfeer van herwonnen vrijheid. Op een onbedaarlijk mooie manier.
Ja ,zoals bij mijn geparkeerde TR4A IRS waar een geschaarde vrachtwagen zo overheen is gereden, dat er toen van mijn mooie TR niets meer is over gebleven.
Dit hele relaas met meerdere foto,s is te lezen ,althans als de redactie mijn verhaal gaat plaatsen.
Het is denk ik met elkaar al meer dan een jaar geleden dat ik deze heb ingezonden.
Met vriendelijke groet,
Jaar of dertig terug had ik zo een TR-6, één van de fijnste wagens die ik ooit heb gehad. Goede zitpositie, heerlijke soepele motor en alles wat ik nodig had (heb) zat erop.
I would say, my dear fellow:” Jolly nice cars!!”
These fellows dressed in a woolen tweed would give a nice finnishing touch.
😇