‘Breed rijden’. Want wij motorrijders gaan de weg weer op.
In mijn diensttijd kreeg ik rijles van een drankzuchtige, overspelige beroepskorporaal.
Het begon in dienst
Het eerste fenomeen bleek uit de grijpvoorraad sterke drank die hij ook onder de rijlessen masseerde. Het tweede moest ik maar op zijn woord geloven. Hij praatte er constant over. Een breed en fier armgebaar naar een stel dames op een terras dat gepasseerd werd : “Ik heb ze allemaal gehad!” Mis schakelen werd bestraft door een klap met een houten balkje op de helm. Dat galmde de les er wel in. Het slagen voor de hellingproef werd geïnspireerd doordat de chauffeur in opleiding zijn horloge achter een achterwiel moest leggen. Iemand moet na zo’n exersitie op het idee zijn gekomen dat extra platte horloges een prima verdienmodel zijn moesten.
Leren op de ouderwetse manier
Toch heb ik enorm veel baat gehad van die rij-opleiding. Ik heb er leren ‘ breed rijden ‘. Rijden met de linker wielen op de as van de weg. Ook op de smalste wegen je asfalt claimen. Dat was het idee. En dat die insteek soms een gerafelde flank van de tegenliggende partij opleverde? Dat moesten ze maar als leergeld zien. Op de motor rijd ik nog steeds breed. En ondanks het feit dat de psychologische impact van een frontaal naderende Dikke Daf serieus groter is dan die van een klassieke motorrijder op toertocht: Het werkt.
Het Bokito gedrag
En dan merk je dat alles op uiterlijk vertoon gebaseerd is. Want ook wanneer je zelfs op maar een 125BWtje strak langs de middenstreep marcheert, dan zul je zien dat zelfs doorgewinterde Scaniarijders de berm voor je opzoeken. Als ze dat niet doen, dat heb je overigens nog de hele breedte van je eigen rijstrook om naar rechts uit te wijken. Plus de berm cq stoep. Let daar op voetgangers! Breed rijden werkt ook op achteropkomend verkeer. Als je ongeveer op het midden van je eigen rijstrook ronddartelt, dan bestaat er een goede kans dat autodebilisten dat als een ideale situatie zien om je in te halen. Ook als er intussen een tegenligger in beeld is waarvan je het wit van zijn ogen kunt zien. En dan heb je nog maar een metertje maximaal om uit te wijken naar rechts.
Maar we blijven kwetstbaar
Tijdens het inhalen maken wij motorrijders nogal eens de fout uit de dode hoek van autospiegels op te duiken. Rustig maar resoluut naar links gaan terwijl we niet kort op de bumper van onze voorganger rijden helpt daar. Pak op de linkerbaan wel het midden van de rijstrook. Dat voorkomt dat je dubbel wordt ingehaald en geeft naar links en rechts nog wat uitwijk mogelijkheid in geval van nood. Denk in eventuele gevallen van nood dat de acceleratie van een klassieke motor vaak een betere uitweg biedt dan een noodstop maken. Houdt daarbij wel in de gaten dat wij feitelijk onzichtbaar blijven voor automobilisten. Veel van die lieden hebben eerder een wapenvergunning dan een rijbewijs en het visuele inschattingsvermogen van Stevie Wonder. En omdat wij onze eigen kreukelzones zijn moeten we gewoon blijven oppassen. Daar helpen gele hesjes voor geen meter bij. Bovendien rij je enorm voor joker in zo’n ding.
Oh ja: Alleen wanneer je reistempo echt gevaarlijk laag is in vergelijk met de rest van de wereld, dan is het handig om dat andere verkeer alle ruimte te geven.
Natuurlijk overwicht. Daarvoor gaat alles opzij!