1968 was een bijzonder jaar. Niet alleen maatschappelijk, ook qua lancering van nieuwe auto’s was het jaar spraakmakend. In een drieluik blikken wij terug op een aantal auto’s die toen op de markt kwamen. Vandaag presenteren wij u deel één van de selectie van bijzondere nieuwkomers uit het memorabele jaar.
Peugeot 504
In het autojaar 1968 werd de als 404 opvolger bestemde 504 Berline door Peugeot gepresenteerd. Met zijn onafhankelijke wielophanging en markante vormgeving wist de nieuwe Peugeot op eigen Franse wijze een tegenwicht te bieden aan onder meer de Duitse twee liter klasse. De 504 werd Auto van het Jaar, en wist veel liefhebbers te bekoren. Dat was niet in het laatst te danken aan het feit, dat Sochaux de koper diverse motorisering- en uitrustingsniveaus aanbood. Peugeot wist met de 504 een tijdloze en markante sedan te presenteren, die steeds gedoseerd werd bijgepunt en het in Europa tot in 1983 volhield. In Nigeria werd de 504 zelfs tot in 2005 werd gebouwd. Gedurende de 504 loopbaan werd het gamma onder meer uitgebreid met Coupé-, Cabriolet- eb Break/Familiale versies. Ook een Pick-Up én de 4 x 4 Dangel deden na verloop van tijd hun intrede. Van de Berlines was de 504 TI met Kugelfischer Injection onder de fans de meest geliefde en gewenste versie.
Volkswagen 411
In 1968 presenteerde Volkswagen haar eerste grote sedan. De 411, als eerste VW ook leverbaar met vier portieren, werd uitgerust met een zelfdragende carrosserie, een McPherson voortrein én schroefveren. Tevens kreeg hij een 1679 cc luchtgekoelde boxermotor aangemeten. Hoewel de 411 in de basis goede geloofsbrieven had, werd hij minder goed ontvangen dan de VW Vorstand had verwacht. De configuratie met de boxermotor achterin werd als behoudend beschouwd, en de vormgeving was tamelijk onconventioneel. De combinatie werd zeker in thuisland Duitsland met het nodige cynisme ontvangen, maar daarmee deden de critici de voortreffelijk afgewerkte en eigenzinnig vormgegeven Typ 4 modellen tekort. De 411 serie werd in 1969 uitgebreid met de Variant én de mogelijkheid om een injectiemotor te bestellen. In 1972 werd de eerste Typ4 afgelost door de 412 serie.
BMW E3
De eerste BMW met de nieuwe generatie zes cilindermotoren vierde in 2018 zijn vijftigste verjaardag. De Beieren klopten met de E3 (2500/2800) nadrukkelijk aan in het hogere segment. Toch liet de sportieve nieuweling zich lastig vergelijken met de concurrentie. Hij hield het negen jaar lang vol, werd in 1971 gefacelift en mocht in de loop der jaren groter gemotoriseerde varianten én langere versies begroeten. Het absolute topstuk was de 3.3i L van 1975, waarmee BMW een tegenwicht wilde bieden aan de duurdere W116 uitvoeringen van Mercedes-Benz. In 1977 werd de E3- een écht prachtige wagen- vervangen door de eerste 7-serie.
Audi 100
Hij kwam als een volslagen verrassing. Ludwig Kraus had een belangrijke bijdrage geleverd aan de wedergeboorte van het merk Audi. Wat niemand in de aanloop naar 1968 wist, was dat hij aan een luxe lichtgewicht sedan werkte. Dat was de F104, die in het autojaar 1968 als Audi 100 werd gepresenteerd. De 100 was aanvankelijk leverbaar met vier portieren en de 1.760 cc Mitteldrückmotor, die in meerdere configuraties kon worden besteld. Later werd het leveringsprogramma uitgebreid met de tweedeursvariant en de F105. Dat was de coupé, die de vergrote 1.871 cc motor aangemeten kreeg. Later volgde nog de Audi 100 L met de 1.588 cc motor en bovenliggende nokkenas. De Audi 100 C1 serie werd in 1976 opgevolgd door de C2 en werd een groot succes. Liefst 827.000 keer werd de eerste generatie van de 100 verkocht, een aantal dat zelf ingenieur Ludwig Kraus niet had kunnen bevroeden.
Dierbare herinneringen aan de zes cylinder BMW’s. In 1969 kocht mijn vader een 2800. Met automaat en Boge niveauregeling. Daarna volgden in ’71 en ’72 nog 2 3,0 S’sen.
De 411 werd, bij mijn weten, met een benzinestandkachel geleverd. Heeeel handig bij vorst en sneeuw.