Tegenwoordig is misschien wel de meest bijzondere Land Rover de Minerva TT waarbij die letters staan voor ‘Tout Terrain’? Minerva was van oorsprong een rijwielenfabriek opgericht door de in 1928 overleden Amsterdammer Sylvain de Jong, die samen met zijn twee broers de wijk had genomen naar Antwerpen om daar met nog drie Belgische relaties de Mercury Cycle Company te vormen.
In 1897 begon hij zijn eigen bedrijf – S. de Jong & Co. – met als merknaam Minerva. Zo u weet was Minerva in de oudheid een Romeinse godin, de godin van de wijsheid en kunsten. Het werd al snel een florerende onderneming goed voor circa 200 rijwielen – zoals ‘fietsen’ toen heetten – per week. Onderwijl waren enkele knappe koppen van het bedrijf druk doende een ‘motorrijwiel’ uit te vinden. Daartoe werd een bestaand Zürcher & Lüthi motortje met een cilinderinhoud van 172 cm3 – goed voor ¾ pk! – simpel gezegd, aan de voorste framebuis van een rijwiel gemonteerd.
Het lukte niet om er iets rijdends van te maken. Dat voorrecht viel een zekere Jan Olieslagers ten deel, de monteur die de rijwielen bij klanten afleverde en ze daar in elkaar zette, rijvaardig maakte. Jan Olieslagers zou later wereldberoemd worden door zijn wereldrecords met motorfietsen en vliegen.
Terwijl de Minerva rijwiel- en motorrijwiel afdeling groeide en bloeide, stortte men zich vanaf 1904 ook op de nieuwste uitvinding ‘de auto’. Al spoedig behoorde Minerva tot een van de meest toonaangevende automobielfabrikanten en leverde onder andere aan verschillende koningshuizen, adellijke families, filmsterren, kunstenaars, grootindustriëlen waaronder ook zo iemand als Henry Ford!
De 1e Wereldoorlog wist Minerva te overleven en werd na de herstart in 1918 met 1.600 werknemers gerekend tot de grootste fabriek van België. Het bedrijf zou nog verder groeien. Zo had men in 1927 een slordige 6.500 werknemers en was hun product kwalitatief te vergelijken met Rolls-Royce. Twee jaar later, om precies te zijn op 24 oktober van 1929 crashte de beurs van New York, was Sylvain de Jong inmiddels aan kanker bezweken, daalde door de recessie de verkoop van luxe automobielen dramatisch en moest er om te pogen te overleven gefuseerd worden met het andere toonaangevende Belgische automerk Imperia, eigendom van een zekere Mathieu van Roggen.
Minerva leek gered. Maar toen kwam de 2e Wereldoorlog en nam de Duitse bezetter de fabriek over om daar vliegtuigonderdelen te vervaardigen, schadeherstel uit te voeren aan onder andere de Messerschmitt Me-109 ‘jager’. Toen onze Oosterburen weer terug waren op hun eigen terrein, de wonden in België gelikt konden worden, was het hele bedrijf danig verruïneerd. Gelukkig kon Mathieu van Roggen rekenen op een hoge herstelvergoeding vanwege in de oorlog geleden schade.
De Nieuwe Maatschappij Minerva N.V. werd opgericht. Net zoals in Nederland was men in België naarstig op zoek naar werkgelegenheid. Dure ‘koetsen’ zoals men voor de oorlog bouwde waren geen optie. Gelukkig had de Belgische armee lichte terreinvoertuigen nodig die vanwege de gezochte werkgelegenheid bij onze Zuiderburen gebouwd moesten worden. Diverse fabrieken die aldaar in staat werden geacht zoiets te kunnen verwezenlijken werden aangeschreven. Minerva en Willys-Overland die in België werden geassembleerd, werden aangeschreven. Laatstgenoemde kreeg in 1951 opdracht 2.500 stuks Jeeps CJ-3A in militaire uitvoering te bouwen.
Mathieu van Roggen was inmiddels in contact met Rover die zeer veel interesse had in een deal daar men staalrantsoenen kreeg op basis van export en dus maar wat te graag ‘bouwpakketten’ aan het buitenland verkocht. Eind 1951 werd een akkoord bereikt en kwamen de CKD (Completely Knocked Down) kits van de Land Rover 80” naar België. Minerva zou zelf in overleg met de plaatselijke overheid een koets ontwerpen en bouwen. Bovendien moest 63 procent van de gebruikte onderdelen ‘Made in Belgium’ zijn, dus ging het feitelijk alleen maar om de (2 liter) motor, versnellingsbak, remmen, assen met differentieels, bedrading die door Rover werden aangeleverd. De eerste leveringen vonden in 1952 plaats. Aanvankelijk betrof het een order voor 2.500 stuks, maar vanwege de Korea oorlog werd dit aantal verhoogd naar 8.500 stuks. De laatste liep in 1955 van de band. In 1953 verscheen er een civiele uitvoering; in 1954 schakelde men net zoals Land Rover over naar de 86” wielbasis. Intussen had Land Rover in de gaten dat de Belgische markt ‘rijp’ was voor een èchte Land Rover en dat leidde uiteindelijk tot een fikse ruzie met Minerva, het opzeggen van het contract en uiteindelijk in 1958 tot de definitieve sluiting van Minerva.
Gelijktijdig met de Minerva Land Rover werden er in de Belgische fabriek overigens ook MV Augusta scooters in licentie gebouwd en bromfietsen met JLO motortje. Ook heeft men geprobeerd een plek te veroveren in het segment van de ‘dwergautootjes’, maar dat werd geen succes. De Minerva TT heeft – zoals u op de foto’s kunt zien – een aanzienlijk ander uiterlijk dan de ‘donor’ de Land Rover. Had die een koetswerk van een soort van aluminium dat bekend stond als Birmabright, de Minerva had een koetswerk van blik. De schuin aflopende voorspatborden waren uiteraard veel simpeler en sneller te fabriceren en gaven de Minerva haar eigen ‘looks’. De Minerva werd overigens ook ingezet in de Belgische koloniën. Er werden zeven verschillende uitvoeringen aan het leger geleverd, als de ambulance-uitvoering met twee brancards, de radiowagen, de gepantserde uitvoering, eentje met dubbele besturing voor rijlessen. Als legervoertuig kunt u zich de Minerva-van-toen vast nog wel herinneren; vanaf 1962 ook in donkerblauwe kleur als vervoer voor de toenmalige Rijkswacht, een ander woord voor Politie. Onze Zuiderburen gingen toen namelijk zorgvuldig om met het geïncasseerde belastinggeld. Een kleine 500 exemplaren werden van het leger doorgeschoven naar de politie, donkerblauw gespoten en deden nog jaren trouw dienst bij de Hermandad… Een Minerva personenauto van voor de oorlog is gezocht en zeer kostbaar. Naar het schijnt zijn er wereldwijd nog zo’n 150 stuks over. Van de 8.500 Minerva TT’s zijn er in België nog zo’n 300 stuks bekend. In Afrika rijden er nog een aantal en verder zijn ze ‘uitgewaaierd’ over Europa. Het is een voertuig dat inmiddels zeer gewild is bij liefhebbers. Groot was dan ook de verbazing toen wij op reis naar Silverstone op een binnendoorweggetje in de nabijheid van Bicester, Graafschap Oxfordshire, een paar mannetjes druk in de weer zagen met een Minerva. Het ding – uit 1952 – had een slordige 10 jaar in een Brits schuurtje gestaan en werd nu gefotografeerd… De motor liep goed, de versnellingsbak en tussenbak schakelden goed, het ding stuurde en remde, de carrosserie had de tand des tijds goed doorstaan. De dashboardinstrumenten zijn overigens van het fabricaat Jaeger. De kilometerteller stond op 33.668 en dat kan zomaar de originele stand zijn… Het Britse kentekenbewijs was net binnengekomen, gekeurd was-ie nog niet…
Ja som náhodou našiel v Belgicku v jednom bazáre stacionárny bicykel značky Minerva…sú na ňom olympijské kruhy tak som podľa toho usúdil že bol vyrobený na počesť Olympijských hier v Antverpách r.1920.Chcel by som zistiť o tom bycikli nejaké informácie ale nedarí sa mi to.Skusal som kontaktovať spoločnosť Minerva ktorá vyrába elekro bicykle ale bohužiaľ nevedia mi poskytnúť žiadne informácie.Ak náhodou niekto má nejaké informácie prosím napíšte mi na mail mario.milic2703@gmail.com
Ďakujem
Hello ik ben Marc. Kan iemand mij vertellen hoe het komt dat mijn vriend zijn minerva een alu body heeft. Graag antwoord op mijn mai adres watthee_marc@Hotmail.com . Deze omdat ik hier niet aangesloten ben. Dank bij voorbaat. marc
Dan gaat het waarschijnlijk om een 86 inch model, die waren van alu, de 80 inch van staal.
grt Minervatempoland-Hendrik Vander Hoeven
Ik heb nooit gehoord dat iemand de Belgische overheid enige schuld gaf in dit debacle. De Minerva-fabriek was een lege doos.
Toen de staf in de eerste oorlog naar Engeland uitweek, legden de Duitsers (die er een oorlogsfabriek van maakten voor het smelten van overal in beslag genomen metalen en het maken van kanonnen) ook beslag op alle tekeningen die Minerva op de tekentafel had staan.
Toen Sylvain de Jong in de tweede oorlog het land verliet, verbrandden hij en z’n medewerkers zelf alle plannen. De Duitsers vonden alleen as en kleine stukken onverbrand papier.
Voor een heropstart was dus niets voorradig. Assembleren voor een merk van de ‘bevrijder’ leek in die tijd de enige mogelijkheid om nog iets in de auto te doen. Maar helaas ging het om legermateriaal.
De Minerva-fabriek maakte voor de oorlog topgamma’s, al waren ook al kleinere modellen gelanceerd. Maar weinig mensen hadden in die naoorlogse jaren de middelen om grote auto’s te kopen.
In Frankrijk, Duitsland en Nederland werden kleine wagens gemaakt voor een zacht prijsje, zelfs microcars. En die waren hier succesvol.
Als Minerva met een van die merken had kunnen samenwerken, ware de toekomst misschien anders geweest. Maar de autofabricerende landen zaten in de heropbouw en moesten eigen volk aan het werk zetten. Pas later kwamen ze zelf in België fabriceren waar ze veruit de beste en productiefste werknemers ter wereld vonden.
Leo van der Linden
(schreef de Nederlandse tekst van het boek Minerva door Jaques en Yvette Kupélian).
TT staat inderdaad voor Tout Terrain, Christopher Peycke, wat vreemd kan klinken voor een auto die in Antwerpen werd geassembleerd. Maar bij de fusie had Mathieu Van Roggen natuurlijk ook zijn mannetjes vanuit Luik meegebracht naar de Karel Oomsstraat. Zij hadden blijkbaar het meeste inspraak bij de naamgeving.
Maar anderzijds gebruikte de Vlaming in die tijd zeer veel Franse woorden wanneer het de auto betrof. Men sprak hier van soupappen, pont arrière, villebrequin, culas, stabilisateur, vitessen, en dies meer. Dus ook van Tout Terrain. Veel tegenstand zullen de Walen van het Luikse Imperia dus niet ondervonden hebben.
Leo van der Linden
(schreef de Nederlandse tekst van het boek Minerva door Jacques en Yvette Kupélian).
Is er eigenlijk bekend of er minerva’s zijn ingezet tijdens de Korea oorlog? Op het spatbord van mijn minerva staat b.u.n.c. British United Nations Command.
Waar het Belgische leger deel van uit maakte maar ik heb nog nergens enige aanwijzing kunnen vinden dat ze echt gebruikt zijn in Korea.
Minerva maakte ook nog deel uit van het Cemsa Caproni project onder leiding van Prof. Fessia die later de technische ontwikkeling van Lancia zou leiden. Hoe prachtig zou het toch zijn geweest als deze ruime en beeldschone auto onder het Minerva-label was gelanceerd? Het mocht niet lukken. Wat zou nou het aandeel van de belgische overheid in het falen van Minerva zijn geweest?