Soms val je als redacteur en liefhebber met de neus in de boter. Neem nu het afgelopen weekend. Fotograaf Spijker en ik maken een reportage met twee DAF 66 derivaten: een 1300 Marathon Coupé én een Volvo 66 GL Combi. Op zondag rijd ik met de nieuwe aanwinst van een vriend: de BMW 318i Touring uit 2013. En op maandag maak ik mijn debuut in een Mach-E van Ford.
In de aanloop naar de reportage ben ik bij Frans op de koffie. U weet het wel, op dit moment is hij in alle rust bezig met de bouw van een 2000-Nordmotor die bestemd is voor de Giulia 1300 Super van zijn zoon. Frans leerde mij weer nieuwe technische klassieke Alfa kneepjes. Ik volg dat proces voor een reportage, en die wordt razend interessant. Hierna rij ik dus naar Leeuwarden, waar Bart arriveert met zijn Rover P5B Coupé en waar twee hartstikke trotse 66-eigenaren ons onderdompelen in hun enthousiasme. Mooie verhalen, een bijzondere ontstaansgeschiedenis van de sympathie voor de producten van Zuid-Nederlandse bodem en het uitwisselen van kennis over de DAF modellen kunnen liefhebbers onmogelijk niet enthousiast maken. En die opgetogenheid merk je zelf ook tijdens het rijden met de 66-versies van Nederlandse bodem. Dat blijft iets aparts.
Onderweg merk je dat de vaderlandsliefde binnen een tijdperk van globalisering toch veel terrein heeft gewonnen. Iedereen wordt hier blij van. Dit konden wij vroeger. Dit bedachten wij vroeger. Dat idee. Talloze sympathiebetuigingen zijn jouw deel, en mensen willen alles over de auto’s weten. Zélf even een grote stap terug in de tijd doen, omdat een klassieker in alles herinnert aan het overzichtelijke straatbeeld van weleer. En je een klassieke DAF natuurlijk niet meer op iedere straathoek ziet staan. Zelfs de mensen die er vroeger verbitterd naar keken houden ervan. Omdat een DAF altijd een eigen verhaal vertelde. En een symbool is van een ver verleden. En dat meeneemt naar het moderne vandaag, waarin vroeger o zo populair is. Of je dat verleden nou bewust meemaakte of niet.
De Rover P5B Coupé van fotograaf Bart ademt eveneens veel historie. De Brit is een prachtige rechts gestuurde ode aan een tijdperk waarin de wereld nog de mooiste auto’s ter wereld kon bouwen. Dit is er zo één, de Rover V8 is vaste bewoner van mijn top-10. Dit is beschaving op het allerhoogste historische niveau. Bovendien was de Rover in 2019 hoofdrolspeler in een reportage voor AMK. De “66” eigenaren Cor en Ane staan een geweldige verrassing te wachten als Bart hen vraagt om er een rondje mee te rijden. Deze zeldzame auto zorgt voor een zeldzame ervaring. Cor en Ane kunnen hem bijschrijven, en het plezier spat er vanaf. Het besef dat je een rijindruk hebt opgedaan in een zeldzame klassieker van statuur zorgt ervoor dat je wat moois te vertellen hebt en een ervaring kunt delen die niemand meer van je afneemt. Hij staat op het lijstje. Ik kan er over meepraten. Zo mooi.
En dan de dag erop. Twee BMW’s met twee actieve bestuurders doorklieven het Friese landschap. Eén van de bestuurders ben ik. En ik voel mij een kat in een vreemd pakhuis. Binnen deze categorie auto’s klopt mijn Alfa hart nadrukkelijk. Ook nu. Maar ik ben ook redacteur, en dan mogen sentimenten als deze geen belemmering zijn. Neem jij de zwarte maar, zegt mijn kameraad Folkert voor de rit en zo rijd ik een stuk met de 318 i uit 2013, een héél late E91. Niks turbo, 143 zuiver atmosferische PK’s en een onderstel dat je voortdurend opzweept. Tegelijkertijd geeft de motor het idee dat je het gas erop moet houden, een koppelpiek van 190 Nm bij 4.250 toeren per minuut vraagt daar om. De opbouw en de vermogensontplooiing zijn echter prachtig te doseren met die uitstekende handgeschakelde zes-bak. De gedachte dat de eerste exemplaren inmiddels youngtimer zijn versterkt mijn sympathie. Dit is nog een behoorlijk ongekunstelde liefhebbersauto met de moderne opties van nu, maar mét het gevoel om in een echte auto te rijden. Hij is puurder dan iedere opvolger.
Met die gedachte in het achterhoofd ontwaak ik de volgende dag, en dan weet ik nog niet dat iemand een aan mij gedane belofte gaat inlossen. “Wij zouden nog een stukje rijden met de Mach-E toch?” Ja, dat zouden wij. En dat gebeurt ook. Welkom in de wereld waarvan ik de berichtgeving en de lobby selectief vind, de wereld van elektrische batterijauto’s is de mijne niet. Maar ik ben te veel liefhebber van een stukje sturen om dit aanbod te laten schieten. Want natuurlijk ben ik benieuwd naar One Pedal Drive, 350 DIN-PK en de snelheidsontwikkeling die in één rechte lijn naar boven schiet. Van nul naar honderd in vijf seconden. De Mach-E maakt de belofte waar.
Ik kan u vertellen: dit rijdt sensationeel, de snelheidsontplooiing is ongelooflijk bij de Ford, die zwaar aanvoelt, maar wél minder log rijdt dan zijn leeggewicht van 2100 kilo doet vermoeden. Het pedaal indrukken betekent daarnaast dat je evenredig en in ijltempo versnelt. En toch mis ik die voelbare koppelopbouw, de uitdaging om het uiterste uit de motorcapaciteit te persen, het schakelen op het koppel en het toerental af te stemmen, de overbrengingsverhoudingen te leren kennen. Of daarmee te spelen door het pedaal iets dieper in te trappen of te liften, zoals in een DAF. Dat zijn zaken die voor mij mede het karakter van een auto bepalen.
Maar ik geniet in de Ford, deze auto is indrukwekkend. Toch sluit hij het gevoel uit dat je zelf het stuur in handen hebt. Hij neemt veel van je over. Dat doet hij geweldig. Maar dit is een elektrische auto. Die communiceert uitstekend, laat merken wat hij doet. Maar ik wil een motor voelen. Geen klinische aandrijflijn die het van je overneemt, ik wil ermee samenwerken. Ik wil merken dat een auto met liefde voor ontwerp en mechanische techniek is ontwikkeld. Ik wil het karakter achter het historische karakter ontdekken. Vooral daarom hou ik van autorijden. En van auto’s, zeker als ze klassiek of youngtimer zijn. Hoe geweldig de rijervaring in de Mustang Mach-E ook is. Want dat staat buiten kijf: die pakken ze mij nooit meer af.
Het hoofdonderwerp = hier gelukkig ; DAF.
Eén vd meest schitterend merken vd laatste 8 decennia! En gelukkig een goede onderdelenvoorziening zodat deze mastodont blijft voortleven. Maar wat bmw van 2013 in dit verhaal doet? Klassiek?! AMK toch?!
2100kg en een hoop vermogen waardoor het rap vooruit gaat, met (mede daarom) idioot grote accu’s om nog een beetje afstand af te kunnen leggen. Dat somt voor mij nou net het grote nadeel op van de meeste elektrische auto’s van tegenwoordig, Heeft helemaal niets met duurzaamheid te maken (waar heel die elektrisch rijden hype nou net om begonnen is), maar alles met status. Nog niet zo heel lang geleden schreeuwden de klimaatgekkies moord en brand over de vele “PC Hooft tractoren”, maar als zo’n zelfde “tractor” van elektrische aandrijving is voorzien is het ineens geen probleem meer. Ondertussen wordt iedereen die met een brandstof gestookte B-segmenter rijdt zowat in een verdomhoekje gestopt, terwijl al die overmaats elektrische auto’s met een aantoonbaar grotere koolstofvoetafdruk je een lekker “groen” gevoel moeten geven. Nee, ik trap er echt niet meer in in die “alles elektrisch” propaganda. Renault Zoë, Peugeot e208, Corsa-e, Honda-e, dat zijn auto’s die we qua elektrisch rijden (als het dan echt nodig is) nodig hebben, die Mach-e’s kunnen we liever kwijt dan rijk zijn.
Erik, je hebt met dit stukje “mijn autorijgevoel” perfect beschreven. Het voelt zo fijn om een geestesgenoot te mogen “ontmoeten”, met dezelfde passie voor auto’s. Zoekend naar wat die passie nu juist is. Wat het niet is, is duidelijk: ik denk dat wij totaal niet aangetrokken worden door een auto om wat de geldelijke waarde ervan is. Al gaat dat in twee richtingen: er zijn prachtige auto’s die veel geld kosten…maar er zijn er ook met hopen karakter die geen geld kosten.
Ja, natuurlijk val je achterover bij ‘t horen van de sommen die voor een Bugatti betaald worden, maar dat is geen auto… dat is een kunstwerk dat ook nog rijdt. Neen, ik hou van de heel brede liefde die jij hebt bij bijna elke auto, zonder de kwaliteiten van de ene tov de andere te vergeten, maar in sé heeft elke auto wel een kwaliteit… gewoon omdat het een auto is ;)! Als garagist geniet ik elke keer als ik met een auto van een klant naar de autokeuring mag rijden. Gewoon om ‘t gevoel van het rijden met die specifieke auto te mogen “ontdekken”.
Ik rij als dagelijkse auto met een banale Nissan Almera van 2002, een 1.5DCi en ik rij er heel graag mee. Als hobby heb ik een heerlijke ’33 Alfa 1.7… gocart met soundcheck, een fotogenieke witte Spitfire MK2 ’66, een toppunt van out-of-the-box-denken 2pk van ’60, twee Alfa Spiders: de 2.0TS en de 3.0 24V busso… dat geluid… dat zicht door die voorruit… (Voelt alsof je een oude westernfilm bekijkt, je weet wel: zo’n breed maar smal scherm), dan nog een perfect gelijnde MK1 166 V6, twee T3 busjes (syncrocamper en gewoon), een Rover 827Si V6, een gele Engelse Renault Megane Cabrio met veel fouten (Maar de vorige Engelse eigenaar is zo’n toffe gast, dat ‘t die auto “optilt”) en een groene Audi A6 break V6 ’96… dat groene slaat op het mos dat de auto ondertussen verzameld heeft. Ik kan er geen afscheid van nemen wegens de spannende tijden erin beleefd met fantastische vrouw. Ja, auto’s zijn fantastisch, er zijn zoveel “kanten” aan die aantrekkelijk zijn.
Nog even met volle teugen genieten. Ik weet het: ik ben geschift :)!
En Erik, speciaal voor u neem ik vandaag een abonnement! Ik heb er al lang over gedacht, heb meestal niet de tijd om iets te lezen, maar zo’n kort verhaaltje van u over één of ander auto-met-dromende-eigenaar is altijd heerlijk om te lezen. Dus, met veel plezier!
Ik zie nu dat mijn taalvaardigheid vandaag ook niet foutloos is. Verder leuk artikel met fraaie auto’s.
zo.n electrische starter is al al electrisch genoeg.
een echte auto heeft een motor die aanzuigt , verdicht , verbrand en uitlaat….
vanaf een kleine 20 pk genot gegarandeerd