De sluitingsdatum voor het decembernummer is 21 oktober
Harley-Dvidson FLT uit 1984 (ongeveer)… a Harley from hell
Het ooit zo roemruchte merk heeft een meer dan bewogen historie. En van een merk, veranderde het in een Merk naar de Legende. En nu heeft het zijn Unique Selling Point allang verloren omdat de Japanse merken het trucje met de dikke V-twins intussen tot in perfectie beheersen. En intussen zijn er minimaal al twee generaties die zijn opgegroeid met het idee dat Harley-Davidson (let op het streepje) gewoon een motormerk van vaders en grootvaders is.
In het conservatieve denken van de oldskool HD-rijders waren de Shovelheads de laatste Echte Harleys. Ze waren nog 100% real American Steel en helemaal toegesneden op het Amerikaanse motorrijden. In vergelijking met de Europese tegenhangers uit hun tijd waren ze groot, zwaar en hadden ze met 1200 cc een voor Europa heel dikke cilinderinhoud.
Zo’n Shovel was een braaf ding als je hem op zijn Amerikaans bereed: langzaam en met lage toeren. Het rijwielgedeelte inclusief de remmen waren voor Europees gebruik volkomen ongeschikt. Lange, snelle ritten? Daar hield een Shovel niet van.
Harleys werden pas Europa-bestendig met de invoering van de Evo(lution) blokken (1984-1999). En intussen is er alweer een generatie Harley-adepten die ervan overtuigd is dat de Evo’s de laatste Echte Harleys zijn geweest. We zijn trouwens alweer twee blokgeneraties verder. Evo’s konden gematigd Europees actief rijden goed aan. Maar voor wat ze aan longinhoud hadden, hadden ze te weinig vermogen. En de wegligging en remmerij? Die waren absoluut beter dan eerder, maar toch ongeveer even dynamisch als een tjalk.
Maar omdat het hart van de Evo’s goed was, waren er mensen die met hulp van de enorme hoogwaardige (ter verduidelijking: want het grootste deel van de aftermarketspullen was meer voor de ‘show’ dan voor de ‘go!’) aftermarket onderdelenvoorziening snelle, goed sturende en remmende Big Twins konden maken. Okay, zo’n Harley werd er geen Ducati door, maar het resultaat was indrukwekkend op alle vlakken. Die Harley-upgrades werden niet alleen in de Verenigde Staten gemaakt, maar ook in Nederland.
De kop van Kees
Kees Keetels’ site opent met: ”LET OP: Wij zijn GEEN off. Harley Davidson Dealer…. Maar wel Specialist in deze Big Twin’s !!!”
De machine op de foto’s is geheel frame-up geüpdatet door Kees Keetels himself, met een door hemzelf gebouwd 110 inch – 1800 cc Twincam-blok met vijfbak.
De 1984’er FLT is een voorbeeld van Nederlandse motorbouw. En het bewijs dat ‘originaliteit’ in Harley-kringen heel anders wordt ervaren dan onder klassieke BMW-rijders. De twin begon met een 1340 cc Evo-blok als hart. We hadden het al over de kwaliteit van de Evo-blokken. Maar daar zat nog ruimte in voor verbetering. Entree voor de Twin Cam blokken vanaf 1998 en de geschiedenis liep tot 2017. Maar na al het geëvolueer op basis van wel heel oude ontwerpen hadden ook de Evo’s hun dingetjes. Zo waren de carters niet helemaal mee geëvolueerd, de oliecirculatie had zijn grenzen. En ze hadden toch nog steeds de authentieke neiging tot lekken.
Om de zaak zorgeloos en snel te maken, bouwde Kees dus een 1800 cc Twin Cam-blok in Screaming Eagle-uitvoering plus een vijfbak. Dat blok heeft, zoals de naam al aangeeft, dubbele bovenliggende nokkenassen. Die zijn tandwiel aangedreven en komen van de roemruchte firma S&S, een van de vele bedrijven die technisch doorpakte waar The Company het voor gezien hield. Het resultaat is dat de zwaargewicht in zijn twee weg kan rijden om dan bij 160 km/u naar zijn drie te schakelen. In zijn drie davert de Big Twin dan door tot… 220 km/u. Buiten de ‘standaard’ S&S-goodies is het blok onderhanden genomen bij Extreme Motor-Cycles en daarbij kwam er ook een race fueler aan boord waarmee de toevoer van de benzine in de pas komt met het verbruik van het accijnssap. Bij het maximaal verstoken van die benzine komt trouwens zo’n 150 pk vrij.
Een gewoon Twin Cam-blok levert er een stuk of 95. In de Twin Cam range zitten overigens een aantal jaartallen die wat teveel karakter hebben. De info op een USA V-twin forum is: “The best years for the Twincam motor is 1999-2002 (good crank & heads). 2005 was the worst (bad crank & bad heads). 2006-2011 still has a crappy crank design.” Er zijn dus goede jaren en er zijn veel aftermarketleveranciers die vervangingsdelen leveren die beter zijn dan de originelen. Zo zijn de S&S carters wel onverwoestbaar. Maar wat bij alle Harleys geldt, is dat ze gewoon respectvol bereden en goed onderhouden moeten worden door merk- of typespecialisten. De schijnbare eenvoud van de V-twins door de eeuw heen heeft veel beunhazen tot grootse (mis)daden gebracht.
Voor ons klassiekerliefhebbers is het aardig om te weten dat de Shovelheads momenteel prettig betaalbaar zijn. En dat er plenty standaard Evo-blokken lopen die een ton hebben gedraaid. Voor een aangepaste machine zoals ons RDW-gekeurde fotomodel wordt €21.500 gevraagd. En dat is zo’n €10.000 minder dan er voor een beetje aangeklede BMW R1300 GS afgetikt moet worden. En dan hebben we het nog niet eens over de afschrijving op die BMW.
De betrouwbaarheid van deze USA klassieker+:
’s Morgens om 9:30 uur wegrijden over de Porsche-route naar Slovenië, en ’s avonds om 18:30 uur over de grens Oostenrijk/Slovenië bij Villach. Na 1250 km op bestemming: Gabrovka = 1250 km vanaf thuis.
De onderdelenvoorziening: optimaal
Het prijsniveau: Ach, ‘veel geld’ hoeft nog niet duur te zijn
Het onderhoud: Toch liever door een vakman
Inmiddels 130.000 km met mijn 2003 FLSTC twin cam. Zonder problemen! Wel rustig opwarmen. En dan kan het gas erop.
Dat houdt zelfs mijn Ural heel. De enige goede aanpak!
Als een auto niet ‘vollgasfest’ is of als hij bij ander ramponerende behandeling stuk gaat, is de goede naam van de fabrikant ten dode opgeschreven. Blijkbaar vergeven we het een motorfiets eerder als hij niet tegen de strappatzen bestand is die de fabrikant op papier geloofwaardig maakt. Dan moeten we hem blijkbaar liefkozender rijden, hem vertroetelen. En ach, dat doet een gemiddeld motorrijder ook met zijn stalen ros. Geen reden tot paniek. En ja, wil je een snelle motor? Koop hem dan. Dan ben je zeker van zijn prestaties en zijn kwaliteit, hoewel…. Er zijn roemruchte merken die van een regenbui achteraf nog de elektrische hik krijgen. En dat kan voorkomen worden door alleen bij kurkdroog weer te rijden of door extra massakabels te implanteren. Dat kan zomaar onderdeel van de positieve beleving van het motorrijden zijn. Maar is alles wellicht ook slechts de vraag van waar iemands interesse bij het motorrijden ligt? De een gaat voor de hele merklijn inclusief kleding en besteedt daar kapitalen aan om er vooral mee gezien te worden. Een ander weer gaat voor iets bedeesders waarvan hij weet dat volgas en horkerig rijden hem zal ruïneren en is daar simpelweg tevreden mee. Weer een ander is de rijder die een op afstand herkenbare underdog wil rijden. Die hem in het geniep een versterkingskuur plus anabolenkuur doet ondergaan zonder enig uiterlijk visueel vertoon, zonder enig hoorbaar vertoon, en daarmee de volledig in merklijn uitgedoste rijder op zijn strijdros nooit vermoed Godsgruwelijk het snot voor ogen rijdt. Dat alles met een zelf geëngineerde en zelf gemodificeerde ogenschijnlijke schlemiel van een motorfiets die echter onderhuids een atleet met uithoudingsvermogen is. Ik ben van de laatste categorie zonder de andere categorieën ook maar het allergeringste te veroordelen. Het is een kwestie van interesse en beleving. Écht prachtig vind ik het om te zien als motorrijders helemaal heppie zijn van het rijden op een 125cc motorfiets. Moet het allemaal zo zwaar, zo snel of zo duur zijn? Een confrontatie met een blije 125cc rijder is voor mij een top gelegenheid van bezinning. En ook dat is pr8ig !
Motorrijden is ‘a way of living’. De benadering is alles behalve universeel. Over van alles daarover te lezen vind ik echt geweldig. Iedereen zij dank!!👍🏼
Het enige leuke om te rijden wat Harley Davidson betreft zijn de buizen frames en XB serie van Erik Buell.
Amen!
Grappig dat je meerdere malen aangeeft dat “een Harley gereden moet worden als een Harley” en vervolgens de 1800cc TC update ophemelt Dolf.. wat is het nut om een olietanker als speedboot..?
Als je snel wilt…koop dan gewoon een Jap of Duc.
Rij een Harley zoals de fabriek het bedoeld heeft, dan blijft alles gewoon heel.
Niet alleen Evo’s draaien probleemloos meer dan een ton, ik ken er genoeg met ouwe zijkleppers die indrukwekkende kilometrages gedraaid hebben.
Elke generatie blok, behandeld met respect, staat garant voor vele miles rijplezier.
Maar nee: het móet als de brandweer gaan, en we willen met harde klappen de glazen van de terrastafels blazen..want da’s kewl.
En dan lopen mekkeren dat de kwaliteit ruk is, want ‘hij is weer eens kapot…’
Een Ferrari is geen Citroën, dus zul je moeten remmen voor drempels, een truck is geen sportauto…en een Harley is geen racekanon..
….euh wel 4 nokkenassen…..maar nizt bovenliggend….
Ik heb Harleys nooit begrepen.
Amerikanen per definitie niet overigens.
Ik bedoel, wat heb je aan 4 nokkenassen met een stoterstangenblok?
Geef mij maar Japans.
Die gedachte heeft sinds 1969 bij meer mensen post gevat
Zeer juist geen bovenliggende nokkenas,heb 25 jaar met een fltc gereden heeft mij nooit in de steek gelaten,en elk jaar een beetje bijgewerkt reedt als de bliksem
Mooi omschreven zoals het is.
Onderhoud is behoud 🙂
Geen racekanon, maar wel zwaar geschut!
Oeps!