We zijn aan het afsluiten voor het novembernummer.
Herinnering aan Olloy – column
Soms komen er herinneringen boven. Tijdens een wandeling bij de steengroeve nabij Olloy bijvoorbeeld. We gingen daar, een poos geleden alweer, met een paar man op de motor naar toe.
Driehondererdvijftig kilometer binnendoor sturen geeft net het leuke wegweesgevoel. Het was in de tijd dat de locals net hadden ontdekt dat er op zich misdragende Nederlandse off roaders geschoten kon worden. Elke Belg heeft immers minstens één vuurwapen in huis? En in hun haperende Frans kregen de Nederlandse kwajongens ook geen poot aan de grond bij de plaatselijke Gendarmerie? Gewoon schieten dus.
Onze ouwe brommers stonden bij het onwaarschijnlijke Hotel Rolinvaux. Wij maakten een rustige middagwandeling. Voor ons liep een zondags gekleed Waals gezinnetje. In de verte hoorden we hard blaffende eencilinders onze kant op komen. Hard onze kant op komen. Vier helden daverden over de onverharde weg door de enkeldiepe plassen. De zondagse Walen voor ons zagen er opeens uit alsof ze met losse hand uit de Maas gevist waren. En het was niet zo dat we voor ons leven moesten springen, maar onze aftocht de berm in was op zijn minst gehaast.
Wat achter het kwartet kwam nummer vijf aandaveren. Die miste de voorsprong van het onverwachte. De boze Waal stak zijn vuist op. En werd nog een keer bemodderd. Tijdens het passeren gaf een van ons de stoere ridder tijdens het passeren een welgemeende klap op zijn schouder. “Goed Zo! Stoer zo!” Nederlanders kunnen niet goed met complimenten overweg. Helemaal ontdaan door zijn schouderklop raakte de offroader zijn ideale lijn kwijt. Hij kwam in een greppel terecht en verliet klapwiekend zijn motor. Zijn boogvormige baan eindigde een paar meter lager tussen het losgestorte puin van een rustieke steengroeve. Zijn landing verdiende geen schoonheidsprijs. Spectaculair was hij wel.
Een professionele offroad outfit geeft blijkbaar een fantastische bescherming. Terwijl de voormalige luchtreiziger wat ongecontroleerd lichaamsfuncties aan het checken was, haalde de Waal de sleutels uit de gecrashte eencilinder. Hij keek er misprijzend naar en gooide ze weg. We besloten dat het oprapen van weggegooide dingen niet in onze taakomschrijving lag.
En we lieten de motorrijder dus zelf maar uitvinden waar hij zich had bezeerd. We wandelden verder. En de verte hoorden we het geluid van motoren weer aanzwellen. De vier musketiers hadden blijkbaar gemerkt dat ze een achterblijver hadden. Nou ja. Ze zullen hem wel gevonden hebben.
’s Avonds, na de riante maaltijd en met een stevig glas in de hand, concludeerden we dat we onze drieste landgenoten een collectief leermoment hadden bezorgd. En die zorgvuldig aangeklede Waalse peuter? Die had dood in plaats van bemodderd kunnen zijn. Nooit meer wat van gehoord. De sukkels zullen wel weer te slecht Frans hebben gesproken om zich bij de Gendarmes verstaanbaar te maken. Mocht iemand na het lezen van dit verhaal zeggen: “Maar dat was niet in Olloy!” Dan heeft hij gelijk.
Uit privacy overwegingen is de plaatsnaam gewijzigd. Maar de schouderklop was er niet minder mooi om! Had je maar netter moeten rijden joh!
Práchtverhaal alweer Dolf.
Ogen dicht en ik zit midden in het gebeuren.
Gaaf!!
Net zo midden in als die sukkel in de struiken lag
Wat een leuk verhaal weer, ik zie dat je de besteleend ook nog meegenomen hebt.
Ik ben zo blij dat mijn Cataract operatie goed is gegaan,
Ciao Dolf.
Blij dat je alles weer scherp ziet zitten!