Mercedes-Benz W 113. De Pagode bestaat zestig jaar. Deel 1: de 230 SL (1963-1967)

Auto Motor Klassiek » Artikelen » Mercedes-Benz W 113. De Pagode bestaat zestig jaar. Deel 1: de 230 SL (1963-1967)
Automatische concepten

Tijdens de Autosalon van Genève van maart 1963 presenteerde Mercedes-Benz de nieuwe 230 SL. De fraaie Gran Turismo uit Sindelfingen stond voor de uitdaging om twee uitermate geliefde sportwagens te vervangen: de 190 SL (W 121) en 300 SL (W 198). Hij werd intern aangeduid als W113-serie, en zou symbool staan voor hoge prestaties en de meest geavanceerde functies voor optimale rijveiligheid. En last but not least: van meet af aan was de W 113 geliefd vanwege zijn buitengewoon elegante vormgeving. In drie delen nemen wij u mee naar de geschiedenis van deze prachtige Mercedes-Benz. Vandaag leest u deel 1, waarin we de periode 1963-1967 beschrijven.

Drie versies

De debutant binnen de W 113 serie van Mercedes-Benz was dus de 230 SL. Deze was vanaf de zomer van 1963 in drie uitvoeringen leverbaar: een roadster met opklapbare kap die eenvoudig bedienbaar was. De tweede versie was de open-top versie met de softtop én de afneembare hardtop. De derde versie was de hardtop-coupé. Deze laatste had geen softtop en derhalve ook geen vak om de softtop in te bergen. Daarentegen bood de laatste versie daardoor weer meer ruimte voor bagage. De drie versies konden allen open worden gereden. Als optie was een achterbank leverbaar, zoals in de 190 SL.

Karakteristieke lijnen

Het exterieur van de 230 SL werd gekenmerkt door heldere, rechte lijnen en het onmiskenbare SL-gezicht inclusief de grote, centraal geplaatste Mercedes-ster. De motorkap had in het midden een lichte extra uitstulping om ruimte te bieden aan de verticaal geplaatste zescilindermotor. De kofferbak was ruim bemeten. De hardtop met hoge ramen en een dak dat alleen door slanke pilaren werd gedragen, wekte een indruk van lichtheid die simpelweg niet overeenkwam met het stereotype van een sportwagen. Met zijn naar binnen gerichte welving doet hij denken aan tempels uit het Verre Oosten, en de auto had meteen al een bijnaam voordat hij echt de weg op ging: Pagode. Daarnaast maakte de hardtop door zijn vorm het in- en uitstappen gemakkelijker.

Veiligheidsoplossingen

Verder was er veel aandacht voor veiligheidsoplossingen. Deze kwamen op het conto van Béla Barényi, die zijn eerdere ervaringen bij Mercedes-Benz toepaste op de Pagode. Het interieur had geen uitstekende delen, en het koetswerk werd stijf gehouden en voorzien van kreukelzones. Mercedes-Benz claimde dat de W 113 de eerste sportauto was met een dergelijke veiligheidsvoorziening. De stuurinrichting werd verder naar een veilige plek verplaatst. De stuurkolom werd zodanig geconstrueerd dat deze weg klapte bij een ongeval.

Beproefd chassis, sportieve aanpassingen

De nieuwe 230 SL anno 1963 had praktisch geen overeenkomsten met zijn voorgangers, hoewel de wielbasis met 2 meter 40 gelijk bleef. Het technische concept kwam wél overeen met dat van de 220 SEb (W 111/3). De voorwiel- en achterwielophanging waren gelijk aan die van de Heckflosse, de achterzijde had derhalve de pendelasconstructie. Het chassis was in de basis hetzelfde, zij het dat het met dertig centimeter werd ingekort én werd verstevigd. De W 113-serie kreeg de eigenschappen van een sportieve auto, zoals kogelkringloopbesturing, een dubbel remsysteem en schijfremmen op de voorwielen. De vering was in de basis sportief, zonder dat de constructeurs de comfortabele trekken daarvan uit het oog verloren. , maar had comfortabele trekken. Voor de demping kreeg de nieuwe 230 S gas gevulde schokdempers. Opvallend: voor het eerst reed een Mercedes-Benz personenauto op radiaalbanden.

M 127 motor aangepast

De M 127 II motor van de nieuwe 230 SL stamde grondvormelijk af de 220 SEb (M 127 III) krachtbron. Voor de W 113 werd de motor echter wél aangepast. De injectiepomp kreeg zes in plaats van twee plunjers, zodat de motor het karakter van een directe injectie kreeg. Verder was de boring van de motor vergroot. Daardoor had de krachtbron een cilinderinhoud van 2.3 liter, die goed was voor 150 DIN-pk en een koppel van 196 Nm bij 4200 toeren per minuut. De top van de 230 SL lag rond 200 kilometer per uur, en dat was een stevige waarde anno 1963.

Meerdere transmissievormen

De eveneens uit de 220 SEb stammende vier versnellingsbak werd eveneens afgestemd (overbrengingsverhoudingen) op sportieve prestaties. Naast de standaard handgeschakelde vierversnellingsbak was voor het eerst in een SL een automatische vierversnellingsbak als optie verkrijgbaar. Een handgeschakelde vijfversnellingsbak geproduceerd door Zahnradfabrik Friedrichshafen (ZF) werd in mei 1966 als derde variant toegevoegd. De automatische transmissie en de eveneens optionele stuurbekrachtiging werden- zo bleek later- geliefde opties. Het gaf aan dat een sportauto (zeker binnen de hogere prijsregionen) zich uitstekend zou lenen voor comfortabele opties.

Direct winnaar van Luik-Sofia-Luik

In augustus 1963 wonnen Eugen Böhringer en Klaus Kaiser met de nieuwe Pagode (en een voor de rally naar 2.6 liter vergrote motor met 170 DIN-pk en meer koppel) de monsterrally Luik-Sofia-Luik (Marathon de la Route). De SL met startnummer 39 was gebaseerd op een pre-productiewagen. Hij kreeg de typische rallywijzigingen uit die tijd. Voorbeelden zijn de montage van een versterkte ophanging en grotere tanks. Na de zege werd de auto, inclusief alle sporen van zijn deelname aan de rally, tentoongesteld op de Mercedes-Benzstand van de IAA in Frankfurt van 1963. Daar beleefde de W 113-serie bovendien zijn officiële Duitse première.

Debutant bijna 20.000 keer gebouwd

De 230 SL beet het spits op een goede manier af voor de Pagode, oftewel de W 113 van Mercedes-Benz. In februari droeg hij- na 19.831 gebouwde exemplaren- het stokje over aan de 250 SL.

Schrijf je in en mis geen enkel verhaal over klassieke auto’s en motoren.

Selecteer eventueel andere nieuwsbrieven

7 reacties

  1. Echt een geweldig mooie en fijn rijdende auto. Klassiek en ook wel sportief (ogend). Van het begin af aan erg kostbaar, zeker niet voor de gewone man. Wel een plaatje

  2. Inderdaad een perfecte sportauto al haalt hij niet de prestaties van de 300SL W 198 maar daarom ook een (klein) 🙂 prijsverschil! De 250 SL vind ik de minste motor maar de 280SL daarentegen heeft goede prestaties en is minder rauw dan de 230 SL. Heb van 2002 t/m 2020 een 280SL bezeten en met pijn in het hart afscheid van de wagen genomen, maar leeftijd oftewel minder krachten om de kap open en dicht te doen, speelde hierbij helaas een rol.

  3. Ich bin bis zum heutigen Tage kein Freund der Marke Mercedes Benz.
    Aber bei der Pagode könnte ich schwach werden, gerade als Freund von
    Old- und Youngtimern … !

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Maximale bestandsgrootte van upload: 8 MB. Je kunt uploaden: afbeelding. Links naar YouTube, Facebook, Twitter en andere diensten die in de reactietekst worden ingevoegd, worden automatisch ingesloten. Bestanden hier neerzetten