TROJAN (Type 604) (1963) – Guitig karretje van Lex

Neem een kijkje in de garage van Lex en je kijkt je ogen uit. Zijn exclusieve domein is een soort tijdcapsule vol objecten uit de geschiedenis. Een plek waar hij zijn passie uitleeft: het verzamelen en restaureren van bijzondere fietsen, brommers en klassieke auto’s. Wij zijn nu eenmaal optimisten als het over klassiekers gaat, en gelukkig mogen we één van de parels uit zijn collectie voor het voetlicht halen.

Trojan 200

De kleine blauwe klassieker van Lex is een Trojan 200 Type 604 uit 1963; een Britse microcar met Duitse wortels. Oorspronkelijk werd het model ontwikkeld door Ernst Heinkel Flugzeugwerke in Duitsland, onder de naam Heinkel Kabine. Toen Heinkel in 1958 stopte met de autoproductie, nam Trojan Ltd. in het Engelse Croydon de licentie over. De Britten pasten de auto licht aan voor de lokale markt: Engelse verlichting, en de naam Heinkel verdween van de neus.

De Type 604 had een 198 cc luchtgekoelde viertaktmotor met vier versnellingen en haalde een top van zo’n 95 km/u. Starten deed je via de 12 volt dynostart, waarna het rijplezier kon beginnen. De Trojan 200 was duidelijk geïnspireerd door de Italiaanse Iso Isetta, maar met meer comfort en een netter afwerkingsniveau.

Microcar met karakter

De jaren vijftig en vroege zestig waren de hoogtijdagen van de dwergauto’s. Na de oorlog wilden veel Europeanen goedkoop mobiel worden. Fabrikanten als Messerschmitt, BMW, Heinkel en Vespa speelden daarop in met kleine, zuinige driewielers of vierwielige microcars. De Trojan 200 (of Heinkel Kabine, in Duitsland) bood bescherming tegen regen en kou voor een fractie van de prijs van een ‘echte’ auto.

De bloeitijd was kort. Toen de welvaart in de jaren zestig toenam, koos het publiek liever voor een Volkswagen Kever of Citroën 2CV. De meeste microcars verdwenen van straat, maar hun guitige uiterlijk en slimme techniek bleven geliefd bij verzamelaars.

hoe de rustplaats is gevonden

Lex: “Bij toeval hoorde ik in het dorp dat er ergens vergane glorie uit vroeger tijden lag opgeslagen. In eerste instantie kon ik de juiste contacten niet leggen. Toch lukte het, en tot mijn verbazing woonde de eigenaar slechts drie huizen verderop. Hij wilde de auto niet verkopen; de Trojan lag op zolder in de garage, bedekt met rommel en volledig gedemonteerd. Hij had de auto al meer dan veertig jaar in bezit. Na een paar maanden kreeg ik toch een telefoontje: of ik nog interesse had. Uiteindelijk kwam de auto in mijn bezit en werd hij gered van vergetelheid. In de auto vond ik zelfs deel 3 van het onderhoudsboekje van de eerste eigenaar, J. de Vries.”

Wat volgde was drie jaar restauratiewerk: eindeloos lassen, motorrevisie, het polijsten van de plexiglazen kap, een nieuw interieur en een frisse lichtblauwe laklaag. Lex spaarde kosten noch moeite om zijn Trojan 200 in topstaat te brengen. En dat met zijn eigen handen, want het duurste deel – de arbeid – deed hij zelf.

Stelling: restauratie is werk van liefde; het vraagt tijd, geduld en toewijding.

De klassiekerliefhebbers die Lex kennen, weten dat hij geen oud voertuig aan de sloop overlaat. Met tomeloze energie en een niet te rechtvaardigen greep in de spaarpot redt hij oude fietsen, brommers en auto’s van de ondergang.

Aandacht

Lex: “Als ik op een mooie dag een ritje maak of een evenement bezoek, trekt de kleine dreumes enorm veel bekijks. Voor mij is dat puur genieten. Al die inzet, al die uren… het geeft een groot gevoel van voldoening. Het gebrek aan status van toen is allang verdwenen; de Trojan is nu een echt icoon.”

Meerwaarde

Zelfs u kunt die meerwaarde voelen met een abonnement op Auto Motor Klassiek. Elke maand de mooiste klassiekerverhalen op de deurmat, en dagelijks vers nieuws op www.amklassiek.nl; al vanaf € 49,50 per jaar.

(Hieronder gaat het nog verder met de foto’s.)