In de jaren zestig, begin zeventig waren er al plenty VW Kevers met een verleden. Die kwamen vaak in het bezit van Jonge Goden met beperkte budgetten. Het waren tijden dat die jongens zelf sleutelden omdat er geen geld was en er geen kant en klare tuningdelen waren. En geld voor een vet Oettinger blok? No way!
Gelukkig kon je in je gepimpte Kever toch helemaal De Man zijn
De eerste stap op weg naar ruige looks was het ‘keren’ van de achterwielen. Hoe dat verder werkte met de passing van de boutgaten en de belasting van de achterwiellagers? Daar werd gewoon niet over nagedacht. AMK Lezer Jan Eggink had zo’n VW bolide in zijn jongste jaren.
Later zag hij hoe de nieuwe Kevers geboren werden tijdens een periode dat hij gast aan huis bij VW was. Dat was in de tijd dat de VW fabrieken nog niet door Turken, maar door Zuid Europanen werden bemand. Jan vond bij het scannen van oude foto’s de leukste herinneringen en we kregen toestemming om die te delen.
Het keren van de velgen hebben we genoemd
De Graku in Wilnis voegde een ‘next level’ aan dat verhaal toe: Ze splitsten daar de velden en lasten daar voor f 25 per wiel een strook staal in.
En Oettinger?
Gerhard Oettinger (1920-1997). Daar droomden VW Kever rijders van. Het tuningbedrijf stond helemaal in het teken van het ‘Schneller machen’ op de meest Duitse, degelijke manier. In 1946 startte het bedrijf als ingenieursbureau. En sinds die tijd staat de naam Oettinger voor professionele motortuning met een lange en diepe connectie met VW. In 1947 was Oettinger al doende met het optimaal afstemmen van versnellingsbakverhoudingen voor Kevers met haast. Maar aan het begin van de intussen legendarische ‘Fifties’ ging het pas echt los.
We schrijven het jaar 1951
Ing. Gerhard Oettinger ontwikkelt een SOLEX 32 PBJ dual-carburateursysteem op basis van het model van de Porsche 365A-1,1L-motor op zelfontwikkelde inlaatleidingen met voorverwarming, dat zorgt voor een verhoogd vermogen van 36 pk bij bijna 4.000 tpm. Voor een Kever zit er dan een top van 120 echte km/h in. En dat was toen snel!
Okrasa is niet Japans
In hetzelfde jaar wordt de naam OKRASA geïntroduceerd: Oettinger Kraftfahrtechnische Spezial Anstalt.
In 1953 werden de eerste speciale cilinderkoppen met dubbele inlaatkanalen gegoten en gepresenteerd in 1954 op de IAA. In 1955 ontwikkelde Oettinger de eerste eigen krukas van chroom-molybdeenstaal met contragewichten en een grotere slag voor 1,3 en 1,4 liter capaciteit voor vermogens van 50 tot 70 pk.
De ontwikkelingen gingen verder en toen kwam 1967: met de introductie van de 1500 motoren in 1966 was het voor het eerst mogelijk om de OKRASA-krukas te gebruiken om 1600 of zelfs 1800 cc Kever te rijden.
De 1800 cc blokken hadden een verchroomde molybdeen stalen krukas met een slag van verbazingwekkende 78,4 mm. En daar kon een Kever 150 mee lopen. Als de bestuurder een groot hart had…
In de jaren zeventig waren de luchtgekoelde Oettingerblokken geheel conform de Duitse wetgeving en VW’s fabrieksnormen en een duidelijk pluspunt van het VW imago.
De toppers van toen
De OKRASA- TSV 1600/1800/2000 motoren uit de jaren 70 en vroege jaren 80 (op basis van de standaard tweekanaals VW-motoren) hadden tweevoudige inlaatsystemen met Solex 40 PDSIT-carburateurs.
Type 4-motoren werden intussen uit een cilinderinhoud van 2,3 liter naar 110 pk gemasseerd. Inclusief EU-emissierapport voor de inbouw in Porsche 914, Kever en VW 411/412. En zo’n Oettinger VW kon gewoon direct bij de dealer besteld worden.
In 1976 begon Oettinger met het tunen van watergekoelde Golf-blokken. Maar dat is weer een heel ander verhaal
Het leuke van een kever was/is dat je er heel veel aan kon verbetren en verfraaien. Bredere velgen en banden. Ik had zelf een set 14 inch 6,5 J Boranis gemonteerd en Koni schokdempers rondom. De vooras van een kever 1300s met schijfremmen was ook een heleverbetering. En met de lange bak van diezelfde 1300 S bespaarde je veel benzine!
De motoren met dubbele inlaat liepen goed afgesteld ook erg fijn, zeker met een spagetiti uitlaat.
Ik denk met veel plezier terug aan het rijden in kevers xanaf 1983.
Tegenwoordig zijn er nog veel meer mogelijkheden om een kever te upgraden.
Vooras verlagen, schijfremmen rondom, aanpassen van de achteras naar IRS(onafhankelijke wielophanging, of van een Porscge 944!
Doormiddel van een pasplaat en aangepast vliegwiel kunnen er allerlei andere watergekoelde motoren achter gehangen worden (wel laten keuren bij de RDW).
Met een oerbetrouwbare Subaru Motor met bijbehorende 5 bak, is je Kever buggy Helemaal toekomst bestendig😀
En toch vertederen de originele kevers ook steeds meer!
naast Oettinger was er nog een tuner Kamei genaamd. de verkooptopper van Kamei was de voorspoiler die aan de voorbumper werd bevestigt. naast de Okrasa opvoerset was er nog Judson super charger. dit was een set met als belangrijkste onderdeel de kompressor, die door een v-snaar en een extra poulie op de krukas werd aangdreven.