Er zijn auto en motorfabrikanten waarbij de marketeers lak aan het verleden en een emotionele klantenbinding hebben. Dat merkten we tijdens contacten over het honderdjarig bestaan van Suzuki. Er zijn fabrikanten die hun historisch erfgoed koesteren. Die leveren nog onderdelen voor de ooit door hun gemaakte voertuigen of houden in elk geval de administratieve bestanden van ‘vroeger’ bij.
Voor iets ooit degelijks als een A Kadett of een Simca 1000 is dat niet zo’n ding
Maar voor de meer exotische klassiekers wordt dat – ook aan de handelskant – heel serieus gezien. Bij merken als Mercedes, Ferrari en Bugatti kun je de geboortebewijzen van je klassieker opvragen. Met meer tijd en moeite kunnen zulke leveranciers of registerhoeders ook een authenticiteitsdocument afgeven. Want in de meer exotische hoek praten we doorgaans over hogere prijzen. En op basis van het grote liberale denken kan het in die gevallen meer dan lonend zijn om een model met een mindere komaf op te waarderen tot een (bijna) echt topexemplaar.
Zo zijn er intussen aardig wat als echte verkochte Ferrari’s, AC Cobra’s en Bugatti’s bekend die gewoon niet meer dan nep zijn. En ergens in die transformatie is er iemand rijk geworden en iemand anders heeft een les in afschrijven gehad. Zo weten we net over de grens een welhaast perfecte ‘Bugatti’ replica te staan die gewoon zo lang bewaard wordt dat hij stof en vergetelheid heeft vergaard om op een of andere manier als ‘echt’ op de markt te komen. Dat kan nog een jaar of 25 duren. Maar ooit komt hij op de markt.
Roy wilde zeker weten dat hij een echte had
Het is een kwestie van vraag – of hebzucht – en aanbod. Daarbij speelt het huidige prijzenfeest mee om het ‘upgraden’ van auto’s ook lonend te maken in de sector waarbij auto’s nog niet voor miljoenen verhandeld worden. En dat is dan weer de reden waarom adverteerder Roy Bolks ons benaderde om het gesprek aan te gaan met Renault. Hij wilde namelijk een bewijs van authenticiteit van zijn R5 Turbo Phase II hebben. En voor dat soort vragen heeft de Régie een aparte afdeling waar in elk geval twee dames een deel van hun tijd in steken. Ze zijn vriendelijk, oprecht Frans bureaucratisch, nogal traag. En ze spreken uitsluitend Frans.
Wij spreken ook Frans
Dat is al de helft gewonnen. De twee dames in kwestie zijn vriendelijk en praten met de meisjesachtige vogeltjesstemmen van geboren Parissienes. En Sabine Cotti, Conseillère Service Attestation Renault, was oprecht verbaasd toen ze een buitenlands nummer op haar schermpje zag!
Omdat het bij de communicatie met Fransen van levensbelang is om indirect te zijn kwam het onderwerp van gesprek pas wat later in beeld.
Neem de tijd
Succesvol omgaan met Fransen gaat alleen als je hun taal spreekt en de tijd neemt. Daarbij zijn Parijzenaars en ‘fonctionaires’ m/v dan nog een apart slag. Onze befaamde Nederlandse directheid wordt ingeschaald als lawaaiige onbeschaafdheid. En voor lawaaiige, onbeschaafde mensen hoef je je best niet te doen.
Maar het afgeven van een authenticiteitsdocument bleek mogelijk
Er hoefden alleen maar een heleboel detailfoto’s van de Turbo plus tekst en uitleg gegeven te worden. En toen begon het wachten. Het opvolgen van het eerste gesprek werd heel zorgvuldig gedoseerd. Want in Frankrijk kan alleen al de suggestie van haast maken tot rampen en uitsluiting leiden. Maar als je na een paar weken weer eens belt, en weer een paar weken later nog eens op een vrijdagmiddag om Mme Cotti een prettig weekend te wensen en om te vragen of de prentbriefkaart uit Terborg is aangekomen, en – oh ja – is er al wat bekend over de Renault van monsieur Bolks?
En als je dan na een paar weken nog eens belt? Dan is Mme Sabine Cotti op vakantie. Maar een uur later belde Roy Bolks: Zijn certificat d’origine was binnen.
Wat binnen vijf minuten geregeld zou kunnen worden duurde een maand of drie. Maar het is gelukt. En hoeveel ‘waarde’ dat document aan de Renault heeft toegevoegd? Dat weten we niet. Maar hij heeft een prijskaartje van nog geen 160.000 euro. Niet slecht voor een R5’je.
citroën verstrekte zonder al teveel problemen een geboortebewijs voor mijn 2CV AK 400 uit 1973 en mijn 2CV Special uit 1987. Het hoeft dus niet een dure auto te zijn.
Het ging wel zoals de redactie schrijft, maar als Nederlander moet je je gewoon aan kunnen passen en dan is er niks aan de hand
Over onbeschoftheid gesproken, Fransen vinden ons onbeschoft omdat wij direct zijn en haast willen maken. Maar Fransen zijn onbeschoft omdat zij er van uit gaan dat een ander zich altijd aanpast aan hen. Zij doen nooit iets fout, dat doet altijd een ander. Napoleon is daar een held, voor de rest van Europa een dictator maar dat vinden is voor hen een doodzonde.
Geduld is inderdaad een schone zaak, zoals hieronder is aangegeven. Maar als iets wat binnen een een minuut of 5 geregeld moet kunnen zijn een maand of 3(!) moet duren dan ben je de boel aan het frustreren.
Maar dat is dan evenzogoed niet hun probleem
Al wordt het onder de Citrofiel doodgezwegen, André’s laatste rit ging in een lijkenwagen van de eeuwige concurrent..; Renault.
Bij het aanvragen van het ‘Geboortebewijs’ van mijn DSuper deden de dames van het Conservatoire de Citroën er echter een weekje of twee over.
Dus zo kan het ook…
De stoelen zien er wel comfortable Francaise uit
Een mooi uitstapje met enkele culturele weeffoutjes.
Dat “de Fransen” de tijd nemen om zorgvuldig te zijn en bijvoorbeeld ook tijd nemen om aan een kassa een papieren cheque te ondertekenen kan ook een verademing zijn. Net als het wachten tot je DS op hoogte is alvorens je zoevend weg kunt rijden. Of dat je motorolie temperatuur perfect is om te gaan racen . Je hebt geduld en geduld wordt beloond. In Frankrijk vaak beloond om dan te gaan genieten 😉
50 Bunuspunten voor deze reactie
Wie iets over een Mercedes uit te pluizen heeft kan simpel het chassisnummer invoeren op
https://www.lastvin.com/
En je krijgt keurig ALLE specificaties, inclusief door welke importeur de auto is besteld, op welke datum hij uit welke fabriek kwam, wat de fabrieksaccessoires waren, de lak, de bekleding, de motor en versnellingsbak, de uitvoering, de typeplaatjes, alles.
Het is de ” gek die het er voor geeft “. Ik verkocht 3 jaar geleden een R5 Alpine, ( dus geen Turbo, en veel zeldzamer!), met 110dkm, origineel NL, voor maar liefst 10.500,-. En natuurlijk aan het buitenland, want Nederlanders laten zich graag rippen voor een nepper, met welliswaar een lagere prijs 😉
We gokken er gericht op dat 80% van onze klassiekers naar het buitenland gaat. NL heeft een goede reputatie op klassiekergebied en ‘Het Buitenland’vindt onze prijzen nogal laag.