Op twee oktober 1930 werden Henry Ford en Conrad Adenauer, die toen nog burgemeester van Keulen was en later eerste minister werd, even bouwvakkers. Ze legden de eerste steen voor de nieuwe Ford fabriek in – jawel – Keulen. Ford was niet nieuw in Duitsland, de vestigingsplaats Keulen wel. Al vanaf 1925 waren er namelijk in Berlijn T Fords en A Fords geassembleerd. Maar in Keulen zou Ford voor de top gaan: er zouden echt auto’s gemaakt worden. Duitse auto’s. De B Ford met zijn viercilinder van ruim drie liter was het laatste bouwdoosmodel. Maar de daaropvolgende Y Ford was al helemaal Made in Germany.
Ford Duitslands insteek was tamelijk ingetogen
De Ford had een viercilinder van dik 900 cc die iets van twintig pk leverde. Die eerste Echt Duitse Ford bleef in productie tot 1933. Toen had Hitler trouwens al besloten dat het merk ‘Kӧln’ moest zijn. Want niet Duitse namen hadden vanaf dat punt weinig bestaansrecht in de aanloop naar het Derde Rijk, dat de geplande levensduur van 1000 jaar bij lange niet haalde. De in Duitsland geassembleerde A Fords gingen ‘Rheinland’ heten. Want Duits. Dus goed. Even in de kantlijn: Zowel Hitler als Ford hadden een hekel aan Joden. En dat doet denken aan het grapje dat rabbijn Soetendorp ooit maakte: Een anti-Semiet is iemand met een meer dan modale hekel aan Joden. Joodse humor is uniek.
Binnen de verduitsing kwam er in 1935 de Eifel die als sedan en cabrio te koop was. Er was inmiddels ook een geheel Duitse V8 van 90 pk die tot het uitbreken van de oorlog in productie bleef.
De Ford Taunussen waren best succesvol
Tussen 1939-1942 werden er meer dan 7000 van gemaakt. Maar pas eind 1948 kwam de productie echt op dreef. Want er werden er bijna 74.000 van gemaakt. In 1952 werd de 12 M gepresenteerd en toen ging de teller echt lekker lopen. Er kwamen totdat hij in 1957 te ouderwets werd dik 2.000.000 van de band.
Geïnspireerd door Amerika
In 1957 werd het tijd voor de op de op de Amerikaanse Fords geïnspireerde Taunus 17 M lijn met zijn kopkleppers van bijna 1700 cc. Dat blok leverde een toen mooie 60 pk en er zijn al met al bijna 240.000 exemplaren van gemaakt. In 1960 kwam de gestroomlijnde P3 Taunus 17 M op de markt. Van deze serie zijn er in vier jaar meer dan 650.000 gemaakt en ooit waren deze Fords bijna beeldbepalend in het toenmalige straatbeeld. De R4 Taunus 12 M vanaf 1962 had de gezellig rommelig brommende V4 van 1200 cc zoals die ook in Saabs werd gebruikt. De Ford had voorwielaandrijving en zag er in zijn Coupe versie gewoon chique uit.
Al deze Fords waren geen geplande investeringsobjecten
Ze waren massagoed met een – door roest – beperkte levensduur. En dat maakt goede, mooie exemplaren momenteel best zeldzaam. Daarbij is het gelukkig niet zo dat ze er onbetaalbaar door zijn geworden.
De Ford Taunus 12m Coupe uit 1964 op de foto’s staat trouwens te koop bij Jelle Blom.
Mijn zus en zwager hadden een Taunus 17 M, JD-46-69 gekentekend.
Vreemd dat ik dat nog weet. Het was een mooie rode wagen en werd later het model “badkuip” genoemd.
Groet,
ARco.
Heb er vroeger twee gehad, een witte met rode bekleding en een rode met zwart dak. Fijne auto’s, waar echter de merknaam Ford nergens was te vinden. Ze heetten gewoon Taunus…
De overburen hadden wel de 12m. Licht blauw, de Fred Flinstone variant. Onder de rubbermatten zat namelijk verrekte weinig plaatwerk. Je moest goed opletten waar je je voeten neerzette. Die was dan ook al 10jr oud.
In de 15m zat hetzelfde V4 blok als in de Saab 95 en 96. (Saab één van mijn andere liefdes maar dan een 99)
Ooit, zo rond 2000, de Ford lokale garage gebeld of er nog onderdelen voor de 15m waren en de betrouwbaarheid ervan.
Onderdelen waren er zeker en blok kon 300.000km draaien bij normaal gebruik. Dat komt overéén met de ervaringen in de Saab’s. Inderdaad maakt blok zo’n lekker chaotische rommelende brom.
Mijn vader had in ’69 een beige 15m gekocht met die (vergrote) 1500cc motor, zwarte skai bekleding zat erin. Dashboard en stuur waren helaas oer saai. Toch mooie herinneringen aan die auto. Samen op een zaterdag naar de kleine pomp rijden aan het eind van de Veenweg in de polder van Nootdorp ons dorpje. Gek dat je zo iets nog weet. Een heerlijk uitje samen op je 7de. In ’74 kwam er een Taunus 1,6XL groen metallic met vinyl dak. De 15 was duidelijk bevallen.
Een van mijn oom’s had ook een zo’n Taunus, Echter vaal rood met een dof zwart dak. Ik heb daar twee dagen aan gepoetst, de wagen zag er weer uit als nieuw. De eerste auto waar ik dan ook wel even stiekem mee reed op 15 jarige leeftijd. Maar ja, voor wat hoort wat.
Prachtige kar, geniet er van.
De derivaten van die V-blokken werden lange tijd in de Europese Fordjes gebruikt, toch? Ook in de Transitjes. Ik vond er niet echt iets rommeligs aan met de loop van die motortjes. Met weinig geluidsisolatie waren ze wel meer dan gemiddeld goed te horen. Dat wel, hi. Karaktervol waren ze zeker.
Saab heeft nooit de Ford V4 1200 cc gebruikt in de 96, maar wel de 1500 en 1700
Saab heeft in de allereerste serie 96 zeker wel de 1200 gehad maar deze waren veel te licht hierin, vandaar eigelijk al heel snel naar de 1500 motoren, 1700 is alleen in de 97 geleverd.