Niet bang voor aluminium
Als Nederlanders vergeten we soms gewoon om apetrots te zijn op ons belangrijkste eigen automerk van de laatste decennia, dat alweer 45 jaar alle trends en economische getijden weet te overleven. Gelukkig brengen mensen als Danny Roling met zijn Donkervoort S8A het merk Donkervoort openlijk onder de aandacht en dat kan niemand ontgaan. Sommigen schrikt het wat af, zoals een enkele autospuiter.
Tekst & fotografie: Aart van der Haagen
Donkervoorts liggen niet voor het oprapen, zeker niet als je specifieke wensen formuleert. Roling: “Het liefst een S8A, met een tweeliter injectiemotor en een beter remsysteem dan zijn voorganger, de S8. De latere D8 met zijn ronde voorschermen spreekt mij ook minder aan. Ik zag twee auto’s te koop die in aanmerking kwamen en daarvan beviel het exemplaar bij een garagebedrijf in de buurt van Utrecht me het meest. Wit met een rood interieur, ingeruild op een BMW in dezelfde kleurencombinatie. Blijkbaar favoriet bij de vorige eigenaar. In 1991 werd de Donkervoort S8A nieuw geleverd in Italië, waar Donkervoorts destijds naar het schijnt al redelijk populair waren, vanwege het belastingsysteem op basis van cilinderinhoud en toch serieuze prestaties door het lage gewicht.”
Overspuiten Donkervoort S8A beetje te spannend
Joop Donkervoort staat te boek als een perfectionist, maar Danny Roling niet minder. “Hier en daar vertoonde het lakwerk wat beschadigingen, waaronder een barst in de motorkap. Ik ging te rade bij een aantal schadeherstelbedrijven in de buurt, maar geen daarvan durfde het aan om dit in orde te maken. Kennelijk vinden veel spuiters aluminium een beetje te spannend. Een enkeling vreesde zelfs dat daar ook een scheur in zat, onder de lak. Dat bleek uiteindelijk niet het geval, toen Rogi Classics in Etten-Leur ermee aan de slag ging.” “We kwamen echter wel meer onregelmatigheden tegen dan we van tevoren dachten”, vertelt restaurateur Fred van Gils. “Een compleet gat in het zijpaneel onder de instapuitsnede links en een oude schade aan de achterzijde, ‘vakkundig’ opgevuld met plamuur. Verder was het reservewielrekje achterop de Donkervoort S8A enigszins aan het losscheuren van de body. We moesten dus best het een en ander uitdeuken en her en der nieuwe stukken inlassen voor we de auto spuitklaar konden maken.”
Benen verbranden
In plaats van het oorspronkelijke spierwit viel de keuze nu op een wat romiger variant, stijlvol contrasterend met gespoten racestrepen over de volle lengte van de voorkant. De contrastkleur sluit bij deze Donkervoort S8A naadloos aan bij het rode interieur, dat nog grotendeels in de originele staat verkeert, behalve de bekleding van de middenconsole en de vloerbedekking. “Die waren echt versleten”, verklaart Van Gils. Roling: “Er staan nog wel wat dingetjes op mijn wensenlijstje voor de nabije toekomst, zoals het opnieuw laten bekleden van de toch ook wat sleetse kuipstoelen. Pakken we meteen het dashboard mooi in donkerrood mee.” Op technisch vlak hoefde Danny Roling zich niet al te druk maken. “Rogi Classics heeft de elektra gefatsoeneerd, de startonderbreker verwijderd en een groot deel van de uitlaat vervangen, dat wil zeggen de pijp die achter het rechter achterwiel langs omhoog buigt over de ophanging heen en de middendemper, die zich direct naast de passagiersinstap bevindt. Daar kun je zo lekker je benen aan verbranden als je niet uitkijkt.” Tsja, je wilt een compromisloze sportwagen of niet.
Het hele verhaal over de restauratie van de Donkervoort en de ervaringen, lees je in de novemberuitgave van Auto Motor Klassiek. Die ligt op dit moment in de winkels.
een paar jaar geleden zagen we tijdens een toerritje een hele kudde op de Lemelerberg. Dan blijft dit model toch een stuk mooier als die nieuwe. Maar dat is natuurlijk een kwestie van individuele smaak.