The Roaring Twenties en de Bentley Blue Train
Het Europa van de ‘Roaring Twenties’, was herstellende van een verschrikkelijke oorlog. Het autobezit groeide, hoewel de auto’s en infrastructuur nog niet klaar waren voor lange reizen. En de Britse rijken gingen allemaal full time naar de Franse Rivièra waar ze eerst alleen de winters ontvluchtten. Om de toeloop aan rijkdom te verwelkomen, werden luxehotels gebouwd zoals het Carlton van Cannes, waarvan het gerucht gaat dat de twee koepels gevormd zijn naar de borsten van de courtisane Caroline Otero, bijgenaamd ‘La Belle Otero’.
De blauwe trein
Om de Middellandse Zeekust te bereiken, hadden de Engelsen de ‘Train Bleu’ ofwel de ‘Blue Train’. Deze lijn verbond de ferryterminal van Calais met Ventimiglia in Italië. De lijn werd in 1886 geopend. In 1922 kreeg de trein na modernisering en het gebruik van blauwe en gouden wagons de bijnaam ‘Train Bleu’. De Blue Train bood zijn passagiers twee bijzonder luxueuze attracties: de luxe restauratiewagen en de bar. De trein stond voor alles dat snel en werelds was.
Bentley en Barnato
Walter Owen Bentley was een getalenteerd technicus uit een rijke familie. W.O.’s insteek was “To build a good car, a fast car, the best in class.” Bentley was eerder technisch dan zakelijk. Bentley Motors Ltd raakte in zwaar weer en W.O, kreeg op zijn kop van zijn raad van bestuur. Het bedrijf werd gekocht en gered door de steenrijke erfgenaam, investeerder, playboy en coureur van een Zuid Afrikaanse diamantmijn consortium, Joel Woolf Barnato. Barnato had eerder al een drie liter Bentley gekocht en was verliefd op die auto geworden. Hij hoorde bij de groep rijke jongelingen die de uitgaanswereld, openbare wegen en circuits onveilig maakten onder de naam ‘the Bentley Boys’.
Twee extra cilinders
Onder de bezielende leiding van ‘Babe’ Barnato plakte Bentley twee extra cilinders aan bij drie liter blok. Tijdens een testrit met een prototype ontmoette de Bentley bestuurder een ook gecamoufleerde Rolls Royce met een even fanatieke testrijder. De mannen gingen de strijd aan en de Bentley won alleen maar omdat de hoed van de Rolls-Royce piloot afwaaide.
Die man haakte af om zijn hoed weer op te halen. Ontevreden over de prestaties van zijn prototype 6-cilinder, werd in 1926 besloten de boring van deze motor te vergroten, waardoor de totale cilinderinhoud op 6,5 liter kwam. De Bentley 6.5 was geboren. Het extra vermogen kon echter niet op tegen het extra gewicht. In 1928 volgden er een aantal aanpassingen, waaronder de toevoeging van een extra carburateur, de Bentley 6.5 veranderde in de Speed Six. En dat was wel een succes, beloond met een overwinning op Le Mans in 1929. De Speed Six-motor met 4 kleppen per cilinder en een bovenliggende nokkenas leverde 140 pk.
De uiteindelijke Speed Six stal Barnato’s hart. Hij had er een stuk of zes van en gebruikte er eentje met een H. J. Mulliner carrosserie voor zijn dagelijks transport.
En toen was er dat treinenverhaal
Met wat vrienden aan cocktails nippend zat Barnato te praten over het feit dat er twee mensen waren die bewezen hadden dat ze met een auto sneller van uit Cannes in Calais konden zijn dan de Blue Train: Dudley Noble met zijn Rover Light Six en E.J.P. Eugster en zijn Alvis Silver Eagle. Barnato’s vrienden bleven er maar over praten. Dat ergerde Barnato zo dat hij de weddenschap aanging, dat hij niet alleen eerder dan de trein in Calais zou zijn, maar dat hij zelfs eerder in Londen zou zijn dan dat de trein in Calais zou zijn.
Een slim plan
Hij had daar al over nagedacht en had, ook vanwege zijn ervaringen in de 24 uur van Le Mans, een strategisch plan waarbij de route wat afweek en waar hij voldoende locaties had om te kunnen tanken. Voor de nachtstops nam hij contact op met een pompbediende in de buurt van Lyon. Vervolgens zorgde hij ervoor dat er rond 04.00 uur een benzinetruck bij Auxerre zou staan. Voor de zekerheid vulde hij de kofferbak van zijn Bentley met jerrycans. De weddenschap ging naar verluid over 100 pond, meer dan een Brits modaal jaarsalaris in 1930.
Als bijrijder vroeg hij zijn vriend en Bentley eigenaar Dale Bourne
Bourne was ook navigatie hulp en helper in geval van bandenpech. Tot zover het plan. Aan het eind van de middag genoten de twee mannen van een cocktail in de bar van Carlton. De auto was klaar. Zij ook. Ze wachtten op het vertrek van de Blue Train om op hun beurt te vertrekken. Om 17:54 uur heeft de trein net het station verlaten. Rustig drinken de mannen hun cocktails op en gaan aan boord van de Speed Six
Om een lang verhaal kort te maken
Ze zijn eerder in Londen met de Bentley Blue Train dan dat de Train Bleu in Calais is. Maar de Franse overhead legde Barnato boetes op wegens het racen op de openbare weg. En die boetes waren heel hoog. Bovendien werd Bentley uitgesloten van de Salon de Paris van 1930 vanwege illegaal racen op de openbare weg.
Het eerbetoon
Pas een jaar later is de Bentley die we nu als de originele ‘ Bentley Blue Train ’ kennen klaar. Het is de door Gurney Nutting gemaakte fastback met chassisnummer HM2855. Hij krijgt zijn naam als eerbetoon aan de rit die hij zelf nooit heeft gereden. Hij krijgt zijn reputatie vanwege een geromantiseerd ‘actieschilderij’ dat Terence Cuneo maakte. De echte recordwagen was een zwarte saloon die bij Mulliner op het 1929’er Speed Six chassis nummer BA2592 was gebouwd. De wagen had een vouwdak wat de rit er tijdens slecht weer niet vrolijker op maakte.
Maar wat moeten we nu met ‘recreations’?
Ik denk dat we die mogen respecteren. Indertijd was het immers zo dat de autofabrikant het rollend gedeelte aan de klant verkocht en de klant liet daar bij een koetswerkbouwer een carrosserie opzetten. En er is al jaren de trend om ‘saaie’ Rolls-Royces en Bentleys van hun koetswerk te ontdoen om dan, met het authentieke chassis en techniek als basis, een wedergeboorte van een ‘spannender’ exemplaar plaats te laten vinden. Het gaat allemaal aanzienlijk verder dan een polyester Bugattikoetsje op een Kever onderstel te zetten. Want alle werk wordt net zo liefdevol ambachtelijk en met het meest ouderwetse vakmanschap gedaan. Zo’n ‘recreation’ is gewoon een droom die geen bedrog is.
Met dank aan Gallery Aaldering, Brummen
Deze unieke Bentley Blue Train vonden we bij Galley Aaldering in Brummen. Deze Bentley Blue Train recreation is door de erkende Bentley specialist “Racing Green” gemaakt. Dat bedrijf bouwt haar auto’s met de hand naar zo ver/veel mogelijk originele specificaties, maar met de kleurstelling naar wens van de klant. Het officiële bouwjaar van de overweldigende schoonheid is 1953.
En er staan minder dan 1.000 km op de teller. Het werkelijk prachtige exemplaar in de zeldzame kleurstelling ‘Blue over blue’. De kolos is in nieuwstaat en heeft de fameuze Bentley B80 8 cilinder motor in combinatie met een handgeschakelde 4 versnellingsbak.
Voor de koper is het een geval van ‘kopen, starten en rijden’. Het zal die koper dan opvallen dat deze sportwagen voelt en rijdt als een serieuze bestelwagen. En klinken doet hij ook serieus. Kijk maar even op youtube. En wie de prijs van dit topstuk wil weten, die heeft er gewoon het geld niet voor.
Ik was in Brummen en zag The Train, mooi en lelijk tegelijk. Wat ik bijzonder vond zijn de 8 bougies in de houder, geniaal.
Er zit in Meppen ook nog iemand die een stel van die NOS motoren heeft. Ze zaten in Alvis Stalwarts
Racing Green Engineering is het bedrijf, niet de kleur. Zoek maar op.
Hallo Rob,
Klopt. Ik had er te snel overheen gelezen. Er staat idd door het bedrijf “Racing Green”. Bedankt voor je opmerkzaamheid.
Mvg Ed van der Meulen
Mooi verhaal weer ! Maar je hebt het er over dat de auto Racing Green is gemaakt terwijl er later over blue over blue gesproken word ? Heb er eens eerder een artikel over gelezen. Meen dat ze de orginele Bentley motoren voor de Blue Train recreations betrokken van het Zweedse leger die er nog een aantal N.O.S. had liggen als reserve voor hun toenmalige tanks.
Pracht verhaal en het herlezen waard.